Het zelfportret heeft zich in de afgelopen decennia niet opvallend vernieuwd. Buiten de context van kunst floreert het egodocument echter enorm. Weblogs, sociale netwerksites, eigengereide columns: ik, ik, ik. En in de vorm van de profielfoto – het portretje dat je Twitter- of Facebook-pagina opleukt – duikt ook het klassieke zelfportret weer op.
Beschonken op het Boekenbal. Slaperig op de bank. ’s Zomers in het bos. Met snor. Met 3D-bril. Met nieuw haar. Zelden lachend, altijd arrogant. En mijn vrienden? Je hebt de anoniempjes, die hun persoonlijkheid met een landschap verbeelden, of met een grappig verkeersbord. De mama’s laten zich vertegenwoordigen door baby of hond. De kunstenaars promoten hun eigen werk. Maar de meeste profielfoto’s zijn pure zelfportretten. Grappenmakers trekken bekken. Kokette meiden zitten lachend op de fiets. Feestnummers drinken Mojito’s. Vakantiefoto. Publiciteitsfoto. Op het strand. In de sneeuw. Rokend. Glunderend. Wegkijkend of met de ogen dicht, maar meestal met de blik in de lens.
Kunstenaar en persoonlijk Facebook-vriend Roald de Boer maakt sinds 1996 Zine. Het blad, dat werkelijk alles als onderwerp kan hebben maar waar erotiek en voyeurisme als een rode draad doorheen lopen, verspreidde Roald altijd in een kleine oplage onder vrienden. Kopiëren deed hij voor nop, bij werkgever de Volkskrant. Toen Roald recentelijk zijn baan kwijtraakte, en Zine dus niet meer gratis gemaakt en verspreid kon worden, lag de oplossing voor de hand: Zine ging digitaal. Van oplage 20 naar een goedbezochte website. Van knip- en plakwerk naar strakke pixels. Maar de inhoud bleef. Van garagedeuren tot achterhoofden: alles mag.
Zine #48 wijdde Roald aan zelfportretten die hij op Facebook vond: webcamfoto’s van jonge vrouwen. In een apart hoofdstuk op Roalds site is de verzameling in zijn totaliteit te zien. Het zijn stuk voor stuk stoere vrouwen, die niet in de lens kijken maar net ernaast: naar zichzelf. Roald: ‘Ik verbaasde me over de niet altijd even flatteuze foto’s. Je zou denken dat mensen ijdel genoeg zijn om zelfcensuur toe te passen maar ik zag gekke bekken, open monden, slaperige hoofden, vreemde objecten die werden vastgehouden – en die maakten de meisjes er niet altijd aantrekkelijker op.’
Misschien willen die meisjes ook niet per se aantrekkelijk zijn, bedenk ik terwijl ik langs door scroll. Ze willen een verhaal vertellen. Ze laten hun knuffel zien, hun tan lines, een ring of boekenkast. Nemen een hap van een appel of steken een sigaret op. Hebben een snor getekend. Een clownneus op. Maar onbedoeld laten de Facebookers méér zien. Roald: ‘De Facebookserie past in het voyeuristische dat Zine soms heeft. Ik vond de huiselijke intimiteit van de foto’s ontwapenend en ook spannend, alsof je iemand betrapt die zichzelf in de spiegel bekijkt.’ Is dit niet privé, vraag hij zich af. Mag ik hier wel naar kijken? ‘Een van de meisjes reageerde – gespeeld? – beledigd. Maar ik heb nooit een afbeelding hoeven verwijderen.’
Zie hier de volledige Facebook-portrettenverzameling van Roald de Boer