Vieze vluchten

Tsjalling Venema
Edward Burtynskyi, OIL SPILL #13, MISSISSIPPI DELTA, GULF OF MEXICO, JUNE 24 (2010)

Eén onderwerp komt in gesprekken die ik de laatste tijd heb steeds aan de orde: ga je dit jaar naar de Biënnale van Venetië of niet? Luchtvaartmaatschappijen zullen gezien de antwoorden momenteel goede zaken doen. En dan is het komende week ook nog eens Art Basel. Weer zo’n festijn waarboven de halve kunstwereld hoge concentraties vluchtbewegingen maakt.

Ik zal toegeven, zelf doe ik vrolijk mee aan de reislust die schijnbaar iedereen in de beeldende kunsten in zijn greep heeft. Even op en neer naar Amsterdam of Utrecht (vanuit mijn woonplaats Groningen is dat al gauw twee uur met de auto) om een werkje op te halen of weg te brengen, de nieuwste tentoonstelling te zien. Of met het vliegtuig naar een verder weg of dichterbij gelegen buitenland voor een of andere kunstbeurs waar je eigenlijk alleen maar werk ziet dat je al een keer hebt gezien. En dan zwijg ik nog maar even over hoe onverantwoord op zo’n beurs wordt omgegaan met grondstoffen.

Uit naam van de schone kunsten worden er op die manier heel wat uitlaatgassen de lucht ingejaagd. Alle giftige stoffen en materialen die onafbreekbaar zijn die kunstenaars gebruiken voor het creëren van hun nieuwste werken laat ik hierbij nog even buiten beschouwing. Vrijwel niemand in de beeldende kunsten lijkt zich te bekommeren over het wel en wee van onze aarde.

Politieke issues, religieuze zaken, raciale kwesties, economie, ze zijn allemaal aanwezig in het werk van bekende kunstenaars, maar hoe we omgaan met de wereld en het milieu komt eigenlijk maar weinig ter sprake. Er zijn wel voorbeelden te geven van kunstenaars die daar documentair mee omgaan, zoals Edward Burtynskyi met zijn hyperesthetische fotowerk, maar milieuactivisme lijkt in de beeldende kunsten vrijwel niet voor te komen.

Environmental art is kunst die een relatie aangaat met de omgeving, zoals land art, maar wat ik mis valt waarschijnlijk onder de noemer ‘environmentalist’ art. De website Greenmuseum houdt hier een database van bij, maar ook hier gaat het veelal om omgevingskunst en weinig over onderwerpen als, ik noem maar wat, het kappen van het regenwoud, co2-uitstoot, radioactiviteit, verdwijnende diersoorten.

Een van de weinige aansprekende milieuactivistische kunstprojecten vind ik Plastic Reef van de Belgische Maarten vanden Eynde, waarbij hij gebruik maakt van plastic afval uit zee om het probleem van de onafbreekbare plastic berg aan te snijden.

Hoe kan het nou dat leden van de kunstwereld, die vaker dan gemiddeld vegetariër lijken te zijn, biologisch voedsel kopen, de trein nemen (toch wel), groene energie gebruiken, dierenrechten belangrijk vinden, uiteindelijk in het uitoefenen van hun vak zo kritiekloos met het milieu omgaan? Vervuilen lijkt deels onontkoombaar om werkzaamheden in het beeldende kunstveld uit te voeren. Maar is dat een reden om het probleem totaal te negeren?

Edward Burtynskyi, OIL SPILL #1, REM FORZA, GULF OF MEXICO, MAY 11 (2010)
Maarten vanden Eynde, PLASTIC REEF (2010)