Uitzicht

Max Willems

Landschappelijk gezien is het een van de mooist gelegen musea van Nederland. Boven op een stuwwal waar de Zuid-Veluwe en de Rijn elkaar zachtjes aanraken. Wie vroeger echter naar het Museum voor Moderne Kunst in Arnhem (voorheen Gemeentemuseum) ging, merkte weinig van die mooie ligging. Pas aan het einde van het traject, in de zogenaamde Rijnzaal, was daar ineens dat venster met een adembenemend uitzicht over de meanderende rivier en de Betuwe. Altijd weer een waardevolle beloning na vele wanden met kunst. Sinds kort heeft het Museum voor Moderne Kunst nog zo’n doorkijkje gecreëerd. In het spiksplinternieuwe ingangsgebouw dat in een enigszins prefab-ogende architectuur links tegen het gebouw is geplakt. Van buiten ziet het gebouwtje er niet eens zo heel spannend uit. Maar binnen is het verbluffend vernunftig.

Het herbergt een entreebalie, annex winkel, een garderobe, toiletten en een kleine cafetaria. Daar in die kleine museale restauratieve voorziening wordt de bezoeker eveneens geconfronteerd met de diepte en de verte die de blik vanaf de stuwwal biedt. Vanuit die ruimte kijkt men pal zuid. In de richting van Nijmegen. Mooi! Nu in december, loer je er niet gehinderd door obstakels als weelderig gewas – in een verte waarvan je de dimensie niet kunt schatten. Het museum heeft er dus een attractie bij; het raam in de Rijnzaal een concurrent. Op de doordeweekse middag tussen kerst en oudjaar bleken velen de gang naar het museum gemaakt te hebben. De oudere man achter de balie heeft er de handen vol aan. Er staat een heuse queue. Gelukkig merendeels rustig wachtende ouderen die geleerd hebben dat geduld soms een handige eigenschap is. Want langzaam gaat het wel. Het apparaat dat museumjaarkaarten inslikt doet dat een rustig tempo, de bonnetjes rollen gestaag uit de printer, maar echt ophouden doen de verkoop-activiteiten van catalogi, boeken en enkele designartikelen.

De oudere heer die de kassa bedient moet daarvoor regelmatig zijn bezoekersstroomregulerende plaats verlaten om achter het ‘kassaeiland’ boeken en catalogi te pakken. Dat kost tijd, maar het gaat in Arnhem op de relaxte manier die velen in de jachtige Randstad verleerd hebben. Het restaurantje zit bomvol. Vanachter een counter worden lekker uitziende zaken uitgevent. Een weldoordachte kleine kaart zo te zien. De meest basale museumtrek kan hier gestild worden. Bovendien liggen er verantwoorde kunsttijdschriften. Alleen Tubelight mist. Vreemd! Maar vol is vol, en het is er klein, dus ook nog eens snel vol. Maar wie weet biedt het kleine complex prachtige opties voor Arnhems lommerrijkste terras. De oorspronkelijke sfeer van de voormalige buitensociëteit die het museumgebouw ook herbergde zou er met gemak weer tot leven kunnen komen. De toiletten zijn ook klein. Doen een heel, heel klein beetje aan Van Lieshout denken. Maar da’s toeval uiteraard. Plassen gaat er goed. Handen wassen wat minder. Zo’n viezig stukje zeep en een doorweekt handdoekje. Maar iets doet vermoeden dat het om een tijdelijke oplossing gaat. Het gebouwtje schreeuwt om een simpele zeepcontainer en een blowertje ernaast. In de eerste paar zalen is het druk, maar niet te. Eerst een paar met eigen collectie. Voorzien van leesbare korte toelichtingen. Dan het centrum van het museum die merkwaardige kerkachtige achthoekige ruimte met omloop. Links bevindt zich wat vroeger de koffiekamer heette. Ooit de oorspronkelijke ingangspartij, maar in de jaren zeventig naar ik meen, door Pierre Janssen met het hem geheel eigene proza omgedoopt tot ‘Uitblaasruimte’. De ruimte ligt er nu zielloos bij. De oude uitblaasmeubeltjes staan er nog wel, maar er is verder niks te doen. Het loket waar vroeger koffie en gevulde koeken doorheen werden gestoken, is afgesloten met een rolluik. Hier begint ook de grote tentoonstelling Magie en zakelijkheid, realistische schilderkunst in Nederland 1925- 1945. Een nogal wisselend allegaartje. Veel stukken die normaal, en dat is niet zo erg, in de vaderlandse museumdepots resideren. Het verhaal, achter die schilderijen dat via panelen te lezen is, en de groepering van de werken naar thema is vaak interessanter dan de individuele kwaliteit van de stukken. Maar wie weet, is het ergens goed voor om middelmatige kunst af en toe te tonen. Toorop, Ket, Willink en Koch winnen het uiteraard met glans van schilders als Meurs, Hatterman, Mink, Eitjes en Ponsioen. Laatstgenoemden zijn niet zonder reden in de vergetelheid geraakt.

Enfin, gelukkig is er aan het einde van de route dat prachtige raam in de Rijnzaal. De tentoonstellingsmakers hebben het deels in beslag genomen. Het uitzicht is door een dwaling van de tentoonstellingsinrichters gedeeltelijk weggewerkt. Een paneel met een schilderij erop bevestigd, beperkt het zicht op de rivier. Het staat er flink in de weg. Jammer, heel jammer.

Aantrekkelijkheid gebouw **
Onthaal ontvangst kassa ***
Garderobe **
Houding overig personeel ***
Restaurant ***
Winkel *
Toiletten *
Onderhoud Algemeen **
Bereikbaarheid ***

MUSEUM VOOR MODERNE KUNST ARNHEM, Utrechtseweg 87, Arnhem

MAGIE EN ZAKELIJKHEID, REALISTISCHE SCHILDERKUNST IN NEDERLAND 1925-1945, t/m 6 februari 2000