Redactioneel #125

Marjolein van de Ven
Redactioneel Tubelight #00
Redactioneel Tubelight #00

De tijd staat niet stil en de lente verstrijkt,
De rappe zomer zit ons op de hielen,
Het zorgeloos heldere gras en vertakkende bomen
Vergeten hun tijd niet,
Ze denken aan niets maar vergeten niet
Hun kleur in de bloeitijd te tonen.

Fragment uit ‘Kakitsubata’ door Zeami Motokiyo (Vertaling: H.C. ten Berge)

De vruchten van veel bomen worden door mensen of andere dieren gegeten. Soms is er een jaar waarin bomen ineens heel veel vruchten produceren; een mastjaar heet dat. Dit betekent feest voor zowel de dieren als de boom zelf. De overdaad vergroot namelijk de kans dat een deel van de vruchten de mogelijkheid krijgt om te ontkiemen tot iets nieuws. 

Tubelight bestaat in 2023 vijfentwintig jaar en voor de open call van TL#125 nodigden we auteurs uit bijdragen in te sturen rondom het thema ‘feest’. Een goed feest heeft een onverklaarbare magie, aldus Zazie Duinker. In haar tekst over de film Lovers Rock van regisseur Steve McQueen beschrijft ze hoe McQueens meesterlijke combinatie van woord, beeld en geluid er perfect in slaagt om het publiek mee te nemen in het magische feestgedruis van de Londense West-Indische gemeenschap uit de jaren 1980. Lisanne Bedaux verdiept zich in een heel andere feestcultuur. Samen met bubbling-icoon Randy Telg bezoekt ze de tentoonstelling The world is yours! – hiphop maakt de stad in het Wereldmuseum in Rotterdam. De gelaagde presentatie toont de geschiedenis van hiphop als stroming alsook hoe deze is verweven met de sociale infrastructuur van de stad Rotterdam. Toch vraagt Bedaux zich (terecht) af of er niet meer moet worden gedaan om hiphop ook echt onderdeel te laten uitmaken van ons erfgoed. 

Bomen zijn trage wezens. Ze kunnen heel oud worden en zijn getuige van hoe de wereld verandert. Ze groeien relatief langzaam, elk jaar een klein stukje. Hoeveel dat is, hangt af van de omstandigheden. Aan de jaarringen kan daardoor veel worden afgelezen, ook wanneer er grote (natuur)rampen of droogtes waren. Op die manier kan je een boom zien als een levend archief. 

In dit nummer is het redactioneel door Karmo Kartowikromo en Antoin Achten van ‘proefnummer’ 00 van Tubelight opgenomen. De ambities in 1998 waren groot. Alhoewel sinds de oprichting een en ander is veranderd, is de grote lijn hetzelfde gebleven en functioneert Tubelight nog altijd volledig op onbezoldigde basis. Daardoor is het platform onafhankelijk van subsidiestromen, maar wel afhankelijk van de tijd die iedereen eraan bijdraagt en erin kán en wíl stoppen. Dit vrijwillige uitgangspunt staat in het huidige kunstenveld onder druk en het vraagt ons als redactie te reflecteren op onze positie en de impact daarvan op de sector. In navolging van het artikel van Jack Segbars in het vorige nummer, over de economie van schrijven in de kunst, startte Tubelight-redactieleden Masha van Vliet en Puck Kroon een mailwisseling met Laure van den Hout (eindredacteur Mister Motley) en auteur Zoë Dankert om vanuit ieders perspectief te reflecteren op de rol van platforms voor kunstkritiek. We zoeken momenteel naar een goede vorm en een goed moment om deze tekst met jullie te delen. Tot dan is de oprechte en ongepolijste polemiek die hierdoor bij de redactie op gang kwam al zeer waardevol voor ons. 

Kartowikromo en Achten eindigen hun redactioneel met de tekst dat Tubelight nog jong en onvolwassen is en dat veel anders en beter kan, waarbij ze lezers oproepen reacties en opmerkingen in te sturen. Tubelight mag dan al 25 jaar bestaan, ik denk dat we nog steeds – of misschien wel meer dan ooit – behoefte hebben aan het gesprek over de functie en betekenis van het platform en wat er anders of beter kan. 

Waar we eerst dachten dat bomen elkaar beconcurreerden voor licht en voeding, blijkt het tegenovergestelde. Ze ondersteunen elkaar door informatie en stoffen uit te wisselen via ingenieuze wortelsystemen die de grond doorkruisen en in elkaar overlopen. 

Dit is mijn laatste nummer, na dik 6,5 jaar verlaat ik de redactie. Ik kan vooral zeggen dat Tubelight mij persoonlijk veel heeft gebracht. Ik hoop dat het blad als platform, welke vorm het in de toekomst ook aanneemt, binnen het kunstlandschap blijft functioneren als een boom: genereus, open voor uitwisseling en als levend archief van de Nederlandse kunstkritiek. Ook is dit nummer het laatste dat wordt vormgegeven door Kai Udema, die Tubelight de afgelopen drie jaar naar een hoger plan heeft getild met zijn afwisselende en geniale ontwerpen. Kai, we danken je zeer voor al je prachtige werk!

Namens de redactie, 

Marjolein van de Ven