De groepstentoonstelling Doku/Fiction in Kunsthalle Düsseldorf, is het resultaat van de samenwerking tussen dit museum en het muzikantenduo Mouse on Mars. Dit Duitse duo annex producers en DJ's van elektronische muziek is al enkele jaren hot in de progressieve muziekscene. Jan St.Werner en Andi Toma van Mouse on Mars liepen eigenlijk rond met het idee een boek te publiceren in samenwerking met kunstenaars, vertelt co-curator van de tentoonstelling Peter Gorschlüter. De Rijnlandse elektronische muziekscene is een belangrijke katalysator voor zowel kunst als cultuur in dit gebied en de groepstentoonstelling leek een uitgelezen mogelijkheid om beide nader tot elkaar te brengen. 'De trots van Düsseldorf' ging op zoek naar kunstenaars met de specifieke vraag voor deze tentoonstelling werk te produceren, reflecterend op hun muziek.
Bij binnenkomst in het museum is het eerste werk dat je tegenkomt een ingelijste pasfoto van een Zuid-Europees uitziende man van een jaar of vijftig. Dit blijkt een door de kunstenaar Daniel Roth (D) gevonden foto te zijn die als vertrekpunt functioneert voor zijn tekening/ installatie in het museum. De tekening naast deze pasfoto, een bruggetje met een ingang naar een grot, is een aanzet van wat zich op een volgende etage verder zal ontvouwen. De dun getekende potloodtekeningen van Daniel Roth zijn als het spel Cluedo: zoekend naar aanwijzingen ontwikkelt zich een onderzoek, waarbij het verdwijnen centraal lijkt te staan. Het vervolg is op de eerste etage te beluisteren met op de koptelefoon muziek van Mouse on Mars. De tekeningen van Roth en de muziek van Mouse on Mars blijken een gouden combinatie. De tekeningen bezitten een suspense waar iedere keer een raam, een gat in de vloer of een ruimte onder het bed een vluchtroute vormen naar een volgend mysterie. De muziek van Mouse on Mars versterkt dit en sluit qua geladen atmosfeer goed aan op het werk van Daniel Roth. Door in te zoomen op details schept dit een beeld van een locatie waar zojuist iets onheilspellends plaats gevonden heeft. De thriller-achtige elementen worden als forensisch onderzoek opgediend. Na deze prachtig sluitende samenwerking tussen verschillende disciplines, zijn de verwachtingen hoog gespannen.
Het samenbrengen van verschillende disciplines in de hedendaagse kunst is niets nieuws. Het probleem dat vaak ontstaat is dat deze vermenging een geforceerdheid met zich meebrengt. De kunst illustreert muziek en vice versa. Zelden weten beide deze val te ontlopen. Ook in de tentoonstelling Docu/Fiction doet dit probleem zich voor. De hippe muzikanten, met een veelal in de underground scene bekende reputatie, weten zich niet te manifesteren als curatoren van een boeiende tentoonstelling. Het blijft allemaal zo braaf.
Zo rauw, vernieuwend en experimenteel als hun muziek is, zo keurig is hun keuze in kunst. Vierkante ruimtes – installaties van de kunstenaar Jan de Cock (B) – tonen aan de binnenzijde een samenraapsel van kunstenaars, waarbij het onafhankelijke niveau van de werken niet echt overtuigt. Dit kan aan de presentatie liggen; het is allemaal wel erg traditioneel getoond. Het is de installatie van Jan de Cock die het uiteindelijk cachet geeft. Het filmwerk van de Duitse kunstenaar Rosa Barba bestaat uit een 16 mm projector dansend op een sokkel.
De teksten die over de muur zweven zijn zinsneden uit de nummers van Mouse on Mars. Deze aan de Rijksacademie studerende kunstenaar toonde al eerder dit jaar tijdens de open dagen een dergelijke installatie. De houterige wijze waarop de projector beweegt lijkt de dansbaarheid weer te geven van de muziek van Mouse on Mars. De abruptheid in hun mixen, die je op de dansvloer nog wel eens verbouwereerd achterlaat, is toch net wat scherper en ontgoochelender dan deze installatie. De schilderijen in de tentoonstelling weten iets meer te verbazen. De werken van Alice Stepanek/Steven Maslin (D,GB) tonen arcadische landschappen met een felle lichtinval. Het harde licht en kleurgebruik in deze landschappen – de lucht kobaltblauw en de weilanden knalgroen – scheppen een wereld van frisheid die we alleen van wasmiddelreclames kennen. De pastorale taferelen doen denken aan het werk van het Russische kunstenaarsduo Vladimir Dubossarsky & Alexander Vinogradov, maar dan zonder de hedonistische taferelen. Deze Russen weten alleen veel beter hun methode op de spits te drijven door formaat en grandeur. In de werken van Stepanek/Maslin valt eveneens een verwantschap te ontdekken met de morph-achtige gladde stijl van techno muziek (van cd hoesjes en vj's op house feesten). Deze op effect beluste beeldtaal is ook terug te vinden in de schilderijen van Armin Boehm (D), Sternenhimmel 1‚ en 2 zijn wazige vergezichten van stedelijke gebieden. Vanaf een heuveltop kijk je uit over een vallei met een overdadige sterrenhemel. De werken hebben eenzelfde decoratieve en narratieve stijl als de schilderijen van Peter Doig. De landschappen lijken te komen uit reisbrochures met verre bijna onaardse bestemmingen. Ook het onderverdelen van het schilderij in meerdere stroken, voorgrond, achtergrond, lucht, is een belangrijk onderdeel in de werken van Doig. De schilderijen biologeren in hun hallucinerende aangezicht en balanceren tussen kunst en kitsch.
De opening illustreerde de vermenging van muziek met beeldende kunst nog het beste. Heel Düsseldorf had begrepen dat er een ware party in het museum plaats zou vinden en de opening was dan ook stampvol. Het was druk,dringen en dansen geblazen. Wat een groot deel van de tentoonstelling miste, energie en experimenteerdrift, kwam in ieder geval in de muziek goed naar voren.
DOKU/FICTION, tm 26 jun
Kunsthalle Düsseldorf, Grabbeplatz 4, Dusseldorf
Daniel Roth, 17 apr tm 22 mei
Galerie Fons Welters, Amsterdam