Wenswerelden

Nils van Beek

‘Wat ben je lelijk van dichtbij’. Zomaar een regel uit een Nederlands cabaretliedje, die mij door het hoofd schoot toen ik eens in de gelegenheid was een schilderij van Caspar David Friedricht in werkelijkheid te aanschouwen. Eindelijk kon ik me ook iets voorstellen bij een uitspraak van good old Diederik Kraaijpoel, de kunstenaar en pamflettist van wie recent in het Museum voor Moderne Kunst te Arnhem een overzichtstentoonstelling te zien was. Hij zei dat hij in zijn werk Friedrich nog probeert te overtreffen. En ere wie ere toekomt: Kraaijpoels schilderijen zijn ook van veraf niet te doen.

Niets ten nadele van de Romantiek overigens, die alleen al intrigeert door haar blijvende, zij het soms latente actualiteit. Het is dan ook niet verwonderlijk dat zij opnieuw in ogenschouw wordt genomen, als oorsprong immers van moderne nationalistische sentimenten en van een spiritualiteit waarop het hedendaagse ‘ietsisme’ wonderwel aansluit; het was een periode waarin het fragmentarische, de angst en het verval opeens pittoresk werden gevonden. Met name de Duitse kunst is sindsdien, van Die Brücke tot Beuys, van de Romantiek doortrokken geweest.

Er is iets veranderd in de Duitse omgang met de eigen geschiedenis. Naast het na zestig jaar nog steeds diepgevoelde mea culpa blijkt er opeens plaats te zijn voor reflectie op het eigen oorlogsleed. Boeken over de zogenaamde Heimatvertriebenen of over de geallieerde bombardementen die elke stad van betekenis hebben getroffen, zoals Im Krebsgang van Günther Grass, worden massaal gelezen. De televisieprogramma’s van historicus Guido Knopp halen hoge kijkcijfers. Terwijl Amerikaanse bases werden gesloten, neemt de Bundeswehr deel aan internationale vredesoperaties.

In dit licht zou men misschien verwachten dat er onder de titel Wünschwelten. Neue Romantik in der Kunst der Gegenwart een revisie van de kunstgeschiedenis wordt ondernomen, temeer daar in de Kunsthalle gelijktijdig een overzichtstentoonstelling van de Nazareners is geprogrammeerd. De curatoren hebben echter de nadruk gelegd op het eerste deel van de titel. Het thema van de tentoonstelling voegt zich tenslotte naar het werk van de deelnemende kunstenaars, en niet andersom. Dat werk roept zonder uitzondering Romantische clichés in herinnering. Peter Doig schilderde met veel variatie een man in monnikspij, op de rug bezien in een landschap. De naakte vrouwen die Justine Kurland fotografeerde aan de oever van een rivier doen denken aan de mythische Rijndochters en de Lorelei. Er is echter een belangrijk verschil. Het sublieme, dat wat het menselijke bevattingsvermogen te boven gaat, is in de expositie niet in te ervaren. De getoonde wenswerelden zijn in de eerste plaats kunstmatig en daarmee volkomen aan de mens onderworpen, zoals de virtuele landschappen in computergames.

Jammer genoeg is er geen mediakunst in de tentoonstelling opgenomen. In het internationale rijtje kunstenaars hadden Saskia Olde Wolbers en Rob Johannesma bijvoorbeeld uitstekend gepast. Maar dat de schilderkunst het daartegen nog steeds niet af hoeft te leggen, bewijst wel Christian Ward. Hij tovert non-figuratieve druipsteengrotten te voorschijn, die door hun banale kleuren en Bob Ross-achtige verfbehandeling aangenaam ironisch zijn. Ook overtuigend zijn de schilderijen van Kaye Donachie. De geelgroene kleuren suggereren dat er in het donkere landschap geesten tot verschijnen worden gebracht. Het is alsof een nachtkijker heeft geregistreerd wat het oog niet kan zien, zoals ook een camera slechts vastlegt wat er gebeurt. Het is frappant dat juist Catherine Opie’s schijnbaar objectieve foto’s van surfers, eenzaam in de branding met een hoge horizon, de Romantiek het meest nabij brengen. David Thorpe, wiens werk te omschrijven valt als ‘Kraaijpoel goes sciencefiction’, maakt van de kunstenaars in Frankfurt de meest gedetailleerde voorstelling van een wereld die hij zich wenst. Opie toont eerder een wereld die te wensen overlaat, maar die tegelijkertijd als geen andere Sehnsucht oproept: onze wereld namelijk, die haar mythen mist.

WÜNSCHWELTEN. NEUE ROMANTIK IN DER KUNST DER GEGENWART, o.a. met Peter Doig, Kaye Donachie, Catherine Opie, Christopher Orr, David Thorpe

t/m 28 augustus 2005, Schirn Kunsthalle Frankfurt, Römerberg, Frankfurt am Main