Met de elite op de bank

Ranti Tjan

Op een winterse vrijdagavond zat ik met mijn vrouw op de bank naar Love Letters te kijken. Linda de Mol vroeg aan een kandidaat waar de Mona Lisa hangt. Van Gogh Museum werd geantwoord en dat was fout. De bekende Nederlander, in dit geval Rintje Ritsma mocht ook antwoorden en die zei: het Rembrandt Museum, ook fout, dus de kandidaat kreeg z'n punten want als beiden fout antwoordden was dat toch ook weer goed. Een moeilijke vraag, dat is waar, en zolang de kandidaten in Love Letters en hun kijkers niet weten waar de Mona Lisa hangt is er inderdaad sprake van een achterlijke cultuur. Blijkbaar is dat niet iets om ter discussie te stellen, de achterlijke cultuur der Nederlanders. Ik ben dan ook verbaasd als ik de sneren hoor bij de afrekening met het beleid van Van der Ploeg. Zolang niemand op school leert hoe de Mona Lisa eruit ziet en waar je het kan vinden blijft er een elite bestaan van mensen die dat wel doet. Ik sprak laatst een conservator die waarde hecht aan Adriaan Coorte noch aan Andreas Slominski. Hoe vurig ik er ook bij kijk, de kwaliteit van deze twee kunstenaars is alleen duidelijk te maken door het werk zelf te gaan zien. Dat geldt voor alle kunst, sleep de kindertjes naar het Louvre, hoe erger je het voor ze maakt, hoe beter ze het onthouden.

Het zijn de bemiddelaars die moeten kiezen of zij reclame willen maken voor de elite of zich willen richten op het grote publiek. Nog mooier zou zijn, en hier spreekt de prediker in mij, als de bemiddelaar elitaire producten toegankelijk wil maken voor het grote publiek. Coorte en Slominski voor de lezer van Elsevier en Volkskrant. Dat is al een stapje verwijderd van Burlington Magazine en Tubelight maar nog steeds een lichtmijl verwijderd van Love Letters en het NOS Journaal.

Met de verkiezingen achter de rug hebben we samen bepaald hoe de cultuur geruggensteund wordt door de overheid. Cultuur was geen issue tijdens de afgelopen verkiezingen, net zo min als milieu, defensie of landbouw. Je mag dus hopen dat enkele individuele kamerleden en politici zich sterk maken voor dit, excusez le mot, beleidsveld. Zij verdienen steun van ons, culturelen.

En of ze iedereen willen aanleren waar de Mona Lisa hangt, of slechts enkelen in de gelegenheid willen stellen om Adriaan Coorte te ontdekken, het gaat er om dat cultuur toegankelijk wordt. Daar heeft de kunst baat bij. Daar hebben de kunstenaars baat bij. Want als je vak alleen door vakgenoten wordt gevolgd dan wordt je verblind door je allereerste publiek en geraak je ziende blind.