Ko de Kok: De kunst van het vertragen

Marloes Matthijssen
Ko de Kok, FEAR IS BIG BUSINESS

Wandelend door Middelburg voel je plotseling ogen in je rug prikken. Je draait je om en staat oog in oog met vijf levensgrote mensapen. Vanachter een etalageruit staren ze je aan. Het pand dat je bijna voorbij was gelopen blijkt geen winkel te zijn, maar een galerie. De apen staan in een uitdagende pose, voor een raster van facturen. In vrome gewaden en strak gesneden Italiaanse pakken. Of helemaal naakt, met een mensenlijf. Slogans schreeuwen je toe en onthoofde engeltjes dragen de titel van het kunstwerk: Fear is Big Business. Je wilde helemaal niet stoppen, je moest heel nodig ergens naar toe. Maar de precieze tekenstijl en de details van het werk hebben je verleid om halt te houden en te kijken. Om vragen te stellen bij wat je ziet. En dan heeft kunstenaar Ko de Kok je precies waar hij je hebben wil. Tijd voor een gesprek tussen twee tentoonstellingen door, over beeldmanipulatie, een geheimzinnige vondst in Antwerpen en vertraging in de kunst.

Ko de Kok is geboren in 1981 in het Zeeuwse Lewedorp, waar hij nog steeds woont en werkt. Hij studeerde van 2001 tot 2005 beeldende kunst aan de Academie voor Kunst en Vormgeving St. Joost in Breda en is nu bezig naam te maken met portretten, decorstukken voor het theater en zeer gedetailleerd tekenwerk. Zijn expositie Fear is Big Business bij Presentatieruimte Caesuur in Middelburg is net achter de rug. Hij werkt nu aan tekeningen voor de tentoonstelling Zeeuwse Nieuwe, een initiatief van CBK Zeeland om een nieuwe generatie veelbelovende kunstenaars in Zeeland te presenteren.

De Kok is gefascineerd door beeldtaal, het medium dat de mens het allerliefste gebruikt om de boodschap er zo diep mogelijk in te rammen. De prehistorische mens deed het met rotstekeningen, de middeleeuwer leerde zijn les met christelijke iconografie en de postmoderne mens wordt bestookt door een constant beeldenbombardement. Hij gebruikt opvallende figuren om de kijker zijn werk in te trekken. Bodybuilders, Michael Jackson en naaktmodellen, maar ook heiligen uit de klassieke schilderkunst. Of mensapen, zoals in Fear is Big Business. ‘Apen staan heel dicht bij ons, ze zijn bijna een spiegelbeeld. Ze doen elkaar in alles na om maar geaccepteerd te worden door de groep; net zoals de eigentijdse consument.’

Muziek is een belangrijk element in zijn werk. Fear is Big Business is bijvoorbeeld vernoemd naar het gelijknamige nummer van Ministry, meedogenloos beukende industrial-metal die ageert tegen angstconditionering en liegende presidenten. Dankzij die titel herinnerde De Kok zich een archiefkast op een verlaten industrieterrein, ergens in de omgeving van Antwerpen. ‘Daar vond ik stapels rekeningen en kleurige doordrukvellen in een opengebroken kast, alsof ze in een panieksituatie waren achtergelaten. Ik was ze een klein beetje vergeten, maar na dat Ministry-nummer ben ik ze op gaan halen, op de fiets. En heb ik ze bedekt met slogans die negatieve emoties verwoorden, zoals eenzaamheid, spijt, egoïsme, haat. Allemaal gevolgen of oorzaken van angst, iets dat me blijft fascineren en verontrusten. Want het zijn gevoelens die we uiteindelijk zelf in de hand hebben, omdat het problemen van het ego zijn. Ik zie zoveel mensen wegzakken in angst en gezeur, terwijl iedereen de keuze heeft om gelukkig te zijn. Door meer in het nu te leven, te genieten van het moment. Even stilstaan in plaats van achter trends en dogma’s aan te rennen.’

Zijn werk is verhalend, maar de betekenis van dat verhaal wil hij wel aan de beschouwer overlaten. Hij zoekt een middenweg tussen figuratief, ambachtelijk tekenwerk en meer abstracte technieken uit de beeldende kunst, zoals ritme en vertraging. Hij verzamelt beeldmateriaal uit tijdschriften, reclamefolders, boeken en internetsites, selecteert daar details uit en blaast deze op zodat ze een eigen werkelijkheid vormen. Die verzameling van beelden gaat intuïtief, De Kok selecteert vooral op esthetische kwaliteiten: de lichtval, de glans van een huid, een plooi in stof. Hij zoekt naar interessante combinaties, naar beelden die onbewuste verbindingen in het hoofd van de beschouwer kunnen ontketenen. Zoals surrealistische kunstenaars als Magritte dat graag deden. Vreemde associaties die je eigenlijk niet kan uitleggen, maar diep van binnen wel begrijpt.

De Kok wil mensen anders naar de wereld laten kijken, accenten aanbrengen die er voorheen niet waren. ‘Als ik mijn selectie heb gemaakt herschep ik de beelden door ze zo gedetailleerd mogelijk te tekenen, details uit te vergroten of soms te veranderen. Op dat moment zingen de plaatjes zich los van de oorspronkelijke context. Er ontstaat vertraging, zowel in mijn fysieke werk als kunstenaar als in de interpretatie van de kijker.’ Dan ontstaat er ruimte voor nieuwe betekenissen, omdat de oude boodschap bevroren is en zo de manipulatieve kracht van het beeld ontmaskerd wordt. ‘De hedendaagse reclame en de modewereld blijken bijna precies hetzelfde te communiceren als de klassieke schilderkunst. Een Mariafiguur van Hugo van der Goes blijkt ineens in dezelfde pose te staan als een model in een reclamefolder. Mijn werk bestaat voor een belangrijk deel uit het opsporen en weergeven van die overeenkomsten tussen oud en nieuw. Want beide werelden manipuleren de beschouwer: "wij zijn het ideaalbeeld, sluit je bij ons aan!" Het is lucratief om in te kunnen spelen op de onzekerheid van de mens. Om zieltjes te werven én om een bepaald merk te verkopen.’ Het wapen daartegen? Stilstaan, aandachtig kijken en je eigen verhaal creëren.

Ko de Kok exposeert een selectie van zijn tekenwerk tijdens de tentoonstelling Zeeuwse Nieuwe, van 19 november tot en met 14 december 2007 in het stadhuis van Terneuzen, Oostelijk Bolwerk 4.
www.kodekok.nl
www.cbkzeeland.nl