Het is duidelijk dat de Nederlandse kunstwereld op brute wijze is wakker geschud om vervolgens ook nog eens knock-out geslagen te worden. Het stadium van discussie zijn we allang voorbij. De angst dat het debat in de doofpot wordt gestopt is echter te groot. Natuurlijk, wat in verscheidene artikelen al is benadrukt, er moet bezuinigd worden, maar niet op deze barbaarse wijze. Laten we alstublieft het debat levendig houden door met argumenten te komen op de vraag waarom kunst en de behoevende subsidies, essentieel zijn.
Karl Philips (1984) is het toonbeeld van een jonge Belgische kunstenaar die onmisbaar is, ook in Nederland. Philips is niet gemakkelijk te categoriseren: men kan hem een kunstenaar noemen, een organisator, een sociaal werker, een theatermaker, een uitvinder, een tikje alternatief, maar één ding is duidelijk, zijn engagement en activisme zijn eigenschappen die het huidige kunstklimaat behoeft.
Het begon twee jaar geleden met het ontwerp voor een kaart van de stad Hasselt: The surplus cityguide, Hasselt. Dit was geen gewone kaart, maar een die je helpt om een dag te overleven zonder woonruimte en geld. Op deze plattegrond is een plek te vinden om je te wassen, om te eten en te slapen. Dat Philips deze informatie meester is, is niet vreemd; zelf woont hij in zijn eigen bus. Live the good life is een werk dat ons een blik laat werpen in dit privéleven. Het dashboard in zijn bus is zo ingericht dat er een Macbook en een kopje koffie op passen. Ook het werk Sponsor parking laat zien dat Philips het nodige in huis heeft zodra het om overleven gaat. Afgelopen jaar zorgde hij voor een gratis parkeerplaats voor zijn studio door de beste pizzeria van Gent te vragen om hem te sponsoren. Dit door elke dag een euro te doneren aan de parkeerautomaat in ruil voor een reclamebord op Philips’ bus. Keer op keer draait de kunstenaar op een ingenieuze wijze om de zogenaamde regels en verwachtingen van de maatschappij heen.
Daarbij denkt hij niet alleen aan zichzelf; een opportunist kun je hem zeker niet noemen. Met zijn werk Concierge 001 geeft hij een dakloze vrouw een onderkomen dat bevestigd is aan een levensecht billboard in het centrum van België. Dit werk is een voorbeeld van Philips’ houding ten opzichte van de huidige maatschappij. Door de onderlaag van de bevolking te steunen, zet hij kritische vraagtekens bij de handelwijze van de commercie en de massa. Deze kritische houding zit echter niet verscholen achter zijn woorden, maar in zijn daden.
Pasgeleden kocht Philips een lunapark. Iedereen kent het wel uit zijn of haar jeugdige jaren: een kermisattractie vol machines waarmee je alle nieuwe gadgets kan winnen. In dit lunapark zal Philips zijn uitklapbare mobiele studio huisvesten. Ik zie het al voor me: op een rustige zondagmiddag wandelend op het platteland kom je plotseling een lunapark tegen, maar in plaats van commerciële machines, is het brein van Philips de rauwe kanten van de consumptiemaatschappij aan het blootleggen en bijschaven. De kunstenaar lijkt constant hoeken en gaten in de samenleving te vinden waar anderen allang voor teruggeweken zijn. De rauwe en toch commerciële verschijning van zijn werken neemt als een kameleon de kleur aan van het commerciële circuit, om vervolgens deze maatschappij op zijn nummertje te zetten.
Philips is natuurlijk een voortreffelijk voorbeeld van een onafhankelijke zelfredzame kunstenaar. Echter wanneer platformen voor jonge kunstenaars zouden moeten sluiten in Nederland, zal er ook voor hem geen mogelijkheid zijn om zijn werk hier te tonen. Nu zal deze kunstenaar wel een oplossing vinden, spijtig dat het geïnteresseerde, in Nederland woonachtige, publiek zal moeten afreizen naar de buren om een orginele Philips te zien. Allicht kan hij een systeem ontwerpen waardoor dakloze kunstenaars in Nederland in deze barre omstandigheden kunnen overwinteren. Ik wacht erop.