Interview met Ro-Nalt Schrauwen, initiatiefnemer van Pakje Kunst
‘Bloemen verwelken op den duur, een fles wijn raakt op, maar een Pakje Kunst is iets blijvends.’ Ik sta met kunstenaar en oprichter van Pakje Kunst, Ro-Nalt Schrauwen, bij een Pakje Kunst-automaat in de Tilburgse LocHal. Met twee 2 euromunten trek ik een pakje uit de oude Bitri-automaat. Het bevat een piepkleine collage van Ingeborg van Meel, opgebouwd uit een oude foto van de Seine, een stukje landkaart en een bestempelde postzegel uit Leipzig. Ik wilde er eentje aan mijn partner geven, maar bij nader inzien wil ik er ook een voor mijzelf. Dit keer trek ik een sleutelhanger met een potloodtekeningetje van een herfstblad door Gee Adriaansz. ‘Het is verslavend hè?’, vraagt Schrauwen. ‘Ik heb er zelf een stuk of 500 thuis. Er zijn Pakje Kunst-toeristen die het hele land afreizen om uit elke automaat een pakje te trekken. Ook word ik weleens gebeld door mensen die een pakje van een specifieke kunstenaar willen. Die zeg ik dan dat ze gewoon net zolang pakjes moeten trekken totdat ze de juiste naam hebben. Dat is het concept!’
Schrauwen kwam in 2016 op het idee voor de kunstautomaat nadat hij in Potsdam een vergelijkbaar initiatief had gezien. Hij pitchte zijn idee bij de Awesome Foundation Tilburg, die hem 1000 euro toekende om drie automaten te kopen. De eerste werd op 21 december 2016 om 9:00 uur in gebruik genomen in boekhandel Gianotten-Mutsaers in Tilburg, gevuld met werkjes van hemzelf (collages) en kunstenaars uit Tilburg. De volgende dag waren alle pakjes op. Het project bleek een razend succes. Al snel meldden zich meerdere plekken die een automaat wilden. Na Tilburg volgden Den Bosch, Eindhoven, Zevenaar, Woerden, Deventer, Leeuwarden en Maastricht. Inmiddels staan er vijftig automaten verspreid over veertig steden door heel Nederland.
MvV: Hoe gaat het eigenlijk in zijn werk? Selecteer jijzelf de plekken en kunstenaars?
RS: Ik benader niemand. Het is wel mijn streven om de automaten verspreid over Nederland te hebben staan, maar ik hoef niet te werven. Wel beoordeel ik of een locatie geschikt is; het moet een openbare plek zijn, zoals een bibliotheek, winkel of café. Iedereen moet er toegang toe hebben. De plekken krijgen van mij een automaat, lege pakjes en de spelregels. Vervolgens benaderen de plekken zelf de kunstenaars. De kunstenaars moeten uit de regio komen waar de automaat staat en mogen niet al werk voor een andere automaat hebben gemaakt. Dan is nog een voorwaarde dat de kunstwerkjes uniek zijn en een formaat hebben van 20x85x55mm.
MvV: Een kunstautomatiek is geen origineel idee. Je moest de oorspronkelijke naam ‘Artomaat’ veranderen omdat iemand anders al het patent had op die naam. Vind je het niet belangrijk om authentiek te zijn?
RS: De automaat heette oorspronkelijk ‘Artomaat’ maar het pakje heette altijd al ‘Pakje Kunst’. Na het vriendelijke doch dwingende verzoek van de patenthouder uit Amerika ben ik ze ‘Pakje Kunst-automaten’ gaan noemen.
Het maakt mij niet uit dat het niet authentiek is. Ik zie het project niet als kunstwerk, maar als een goed promotiemiddel. Ik ben Pakje Kunst begonnen omdat ik het een mooie manier vind om lokale kunstenaars op een laagdrempelige manier onder de aandacht te brengen in de eigen regio en bij mensen die normaal gesproken niet met kunst in aanmerking komen. Zo sprak ik eens met een wat oudere vrouw die van huis uit nooit iets met kunst had gedaan en door Pakje Kunst is gaan verzamelen en tentoonstellingen bezoeken. Dat is precies wat ik ermee wil bereiken. Kunst is voor iedereen, maar de drempel is vaak hoog.
MvV: Een pakje kost 4 euro, waarvan 3 euro voor de maker. Geen van de betrokken partijen houdt er veel aan over.
RS: Van de 1 euro die overblijft is 50 cent voor mij en 50 cent voor de locatie. Daar gaan dan nog de kosten voor de pakjes, drukwerk etc. vanaf. Ik word er inderdaad niet rijk van, maar ik kan als kunstenaar rondkomen zonder dat ik er een baan naast hoef te hebben. Ik ben gemiddeld een dag in de week bezig met Pakje Kunst. Die ben ik dan vooral kwijt aan het repareren van de automaten. Het zijn oude Bitri-sigarettenautomaten die ik heb aangepast zodat ze 2 euromunten accepteren. Ondanks de duidelijke instructies komt het weleens voor dat ze vastlopen. Dan moet ik soms helemaal naar Friesland of Groningen om ze te repareren.
De kunstenaars die meedoen moeten het ook zeker niet doen voor het geld, maar het zien als een sympathieke manier om hun werk onder de aandacht te brengen. Ik weet van een aantal dat er verkopen of opdrachten uit voort zijn gekomen. Ook levert het ze een interessant netwerk aan andere betrokken kunstenaars op.
MvV: Over kunst- en ondernemerschap gesproken, vind jij dat kunstenaars zichzelf meer zouden moeten verkopen?
RS: Ik hoorde eens in een lezing over de 95/5 en 75/25-verhouding. In Nederland houdt een kunstenaar zich 95% van de tijd bezig met kunst maken en 5% met kunst verkopen. In Amerika besteden kunstenaars 75% aan het verkopen en 25% aan het maken. Ik wil niet zeggen dat het systeem in Amerika beter is, maar kunstenaarschap wordt daar wel gezien als iets waar je van kunt leven. Hier lijden we aan het Vincent van Gogh-syndroom; we verheerlijken de lijdende kunstenaar, maar wat heeft Van Gogh daaraan gehad? Ik vind dat we af moeten van het romantische idee van de kunstenaar als arme onbegrepen bohémien.
Daarnaast hebben kunstenaars een plek nodig waar ze hun werk kunnen verkopen en dat is een ander probleem. In Nederland is de drempel van galeries heel hoog en de kunst die daar wordt verkocht alleen toegankelijk voor mensen met een dikke portemonnee. Kunstenaars zouden hier wat mij betreft veel meer eigen initiatief in moeten nemen. Voor corona heb ik samen met een aantal Tilburgse kunstenaars ‘Kunstenaars in de Kast’ georganiseerd. In een leegstaand winkelpand konden bezoekers kunstwerken kopen die niet duurder waren dan 1500 euro. Er zaten ook kunstwerken tussen van 50 of 100 euro. We kregen veel bezoekers binnen die voor het eerst kunst kochten. Ik vind dat je de toegang tot kunst in het algemeen, laagdrempeliger moet maken. Alleen op die manier maak je kunst voor iedereen. De politiek zou zich hier veel harder voor moeten maken. 80 miljoen voor een Rembrandt en ondertussen verdwijnen overal plekken voor kunstenaars wegens gebrek aan geld! Maar dat is een andere discussie, laten we het weer hebben over Pakje Kunst…
MvV: Op het pakje staat ‘Kunst kan verrassen, verwarren, ontroeren, irriteren, et cetera. Om haar ten volle te bevatten heeft kunst een incubatietijd.’ Is dit een soort disclaimer?
RS: Het komt wel voor dat mensen teleurgesteld zijn. Dit zegt ook iets over de waardering voor kunst en het ambacht. Mensen verwachten een volwaardig kunstwerk, maar het gaat om 4 euro! De meeste werkjes zijn trouwens veel meer waard. Om een leuk voorbeeld te geven: In Tilburg stond er een automaat bij BANK15. De eigenaar vertelde me laatst over twee vrouwen die hij aan de bar had en die een Pakje Kunst hadden getrokken. Ze waren aanvankelijk teleurgesteld en zaten met elkaar te praten over wat het nu eigenlijk voorstelde. Tot een van de twee zei, ‘Hé, we zitten er nu al ruim een half uur over te kletsen, dan is het toch eigenlijk wel een geslaagd kunstwerk.’
Zoek je een origineel cadeau? Check op www.pakjekunst.com waar zich bij jou in de buurt een Pakje Kunst-automaat bevindt. Ook lees je hier meer over de geschiedenis van de Artomaat en hoe je als kunstenaar mee kunt doen.
Masha van Vliet is redacteur bij Tubelight.