The Afronauts

Jan Peter Verhagen

“I’m getting my spacemen acclimatised to space-travel by placing them in my space capsule everyday. It is a 40 gallon oil drum in which they sit, and then I roll them down a hill. This gives them the feeling of rushing through space…”

In 1964 ontstond in de jonge onafhankelijke staat Zambia de ambitie om op internationaal niveau mee te tellen door een ruimteprogramma op te zetten. Edward Makuka Nkoloso, een docent natuurkunde, werd in dat jaar directeur van de Zambia Academy of Sciences. Zijn doel was om elf Zambianen (tien mannen, één vrouw) en een kat de ruimte in te sturen. Een vergeten geschiedenis die door fotograaf Christina de Middel (1975) in samenwerking met editor Laia Abril en ontwerper Ramon Pez nieuw leven is ingeblazen. Zij publiceerden daartoe het fotoboek The Afronauts waarin op intuïtieve wijze deze tot de verbeelding sprekende geschiedenis wordt gerecreëerd.

Het boek maakt gebruik van diverse vertelstrategieën. In de eerste plaats in tekst; een tweetal brieven informatie over het ruimteprogramma. Deze brieven zijn onderdeel van een uitgebreidere briefwisseling. Ze zijn opgevouwen in het boek ingebonden, waardoor men gedwongen wordt ze te openen om te lezen. De brieven hebben betrekking op het ruimtevaartproject, maar zijn afkomstig van derden. Een minister informeert naar aanleiding van een krantenbericht hoe het gaat en we lezen een korte mededeling van een ander ministerie dat het project door de regering nooit serieus is genomen. Enige informatie van een directe betrokkene geeft het boek niet. Hierdoor wordt een zekere afstand bewaard. Ook treft men in het boek een krantenknipsel met als titel We’re going to Mars. Dit artikel is geïllustreerd met een foto van een Zambiaan met een glazen stolp op zijn hoofd. Dit roept vragen op: waar komt dit artikel vandaan ? Voor welke doelgroep is het geschreven? Is het echt gepubliceerd? Het boek geeft hier geen antwoord op. Een tweede vertelling bestaat uit tekeningen en kaarten. Een kaart van Lusaka, de hoofdstad van Zambia, is gemarkeerd met opmerkingen als believe, convince, dream. Tekeningen geven informatie over de werkkleding van de astronauten waar onder andere een surrender button, hypnotic belt en coconut water tank onderdeel van blijken te zijn.

De derde vertellaag is de fotoserie. Deze is gemaakt in een savanne, waar astronauten in gebatikte pakken rondlopen. De serie bevat portretten, landschappen, close-ups van ‘afronauten’, oude ‘ruimteschepen’ en een olifant. De Middel, die ook werkzaam is als modefotograaf, lijkt hier de grens tussen modefotografie, documentaire fotografie en autonome fotografie af te tasten. Haar speelse benadering en de kleurrijke stoffen die niet direct binnen de context passen neigen naar een fashion shoot. De close-ups en landschappen, die vaak voorkomen in documentaire fotografie, geven daarentegen een traagheid en gewicht aan de serie.

De serie kleurenfoto’s wordt een aantal keer onderbroken door pagina vullende snap shots, die contrasteren met de gestileerde fotoserie. De afstand tussen lezer en het onderwerp wordt hierdoor verkleind. Een foto van personen in witte pakken die door een dorp van lemen hutten lopen maakt het idee om naar Mars te gaan in deze context banaal en zo wordt de absurditeit van het ruimteprogramma letterlijk zichtbaar. Hoewel de authenticiteit van de foto’s sowieso betwijfeld kan worden, zijn het juist deze foto’s die je met de neus op de feiten drukken. De grens tussen fictie en realiteit staat onder druk. De vraag of er daadwerkelijk een initiatief is geweest in Zambia voor zo’n ruimtetrip blijft onduidelijk. Je blijft je afvragen of niet alles gewoon verzonnen is.

De Middel, Abril en Pez vertellen een verhaal over een verlangen naar een plek die de meeste bewoners op aarde nooit daadwerkelijk zullen bezoeken. Dit doen zij door een postkoloniale geschiedenis te gebruiken binnen het kader van een soort sprookje. The Afronauts zoekt niet naar een politieke confrontatie, maar gebruikt een geschiedenis uit de opbouw na de West-Europese kolonisatie als context. Daarom kan dit boek niet slechts worden afgedaan als een fantasierijk non-fictie project. Het is een project dat verwijst naar een periode in de geschiedenis die nog steeds te weinig aandacht krijgt. Door een verhaal te kiezen dat bijna onwerkelijk lijkt en door dit op deze manier te presenteren, word je geconfronteerd met je summiere en zeer waarschijnlijk onvolledige en sterk gekleurde kennis van een zeer recent verleden.

The Afronauts zoekt de confrontatie op een elegante en uitdagende manier. Door de ruimtevaart, een immer actueel menselijk verlangen, als onderwerp te nemen, wordt de kijker gemakkelijk onderdeel van het verhaal. De Volkskrant publiceerde recentelijk dat het in 2023 mogelijk zou moeten zijn om real time te kijken naar een variatie van Big Brother op de planeet Mars. Een Nederlandse producent heeft hier oren naar en meent het te kunnen realiseren. Deze toekomstvisie is al even imaginair als de brieven die we in The Afronauts terugvinden. Alleen zullen de astronauten in 2023 hoogstwaarschijnlijk niet worden blootgesteld aan een van de heuvel afrollend olievat.

Christina De Middel, Laia Abril en Ramón Pez
Tekst van Kojo Ngué
Uitgegeven in eigen beheer, 2012
ISBN: 978-84-615-8596-0