RECYCLING ALS VERHEVEN GOED

Annelieke van Halen

Het Centrum voor Beeldende Kunst in Apeldoorn opent zijn nieuwe locatie met de sprankelende tentoonstelling Rubbish van modeontwerper Bas Kosters en de designtentoonstelling Nest, die beide in het teken van duurzaamheid staan. Bij binnenkomst valt ook het duurzame ontwerp van de tentoonstellingsruimte op: historische, industriële en elektronische elementen van de voormalige machinefabriek zijn intact gelaten waardoor de structuur van het gebouw zichtbaar is. Daarnaast worden de meeste ontwerpen gepresenteerd op constructies van sloophout, kartonnen kokers en sinaasappelkistjes.

Bas Kosters (1977) toont met Rubbish een eigenzinnige visie op het thema duurzaamheid. Recycling is vanaf het begin van zijn carrière een belangrijk element in zijn collecties. Na zijn afstuderen aan de AKI in Enschede in 2001 volgde hij de masteropleiding van het Fashion Institute Arnhem. In 2003 won Kosters met zijn afstudeercollectie de eerste prijs van de Robijn Fashion Award. Kenmerkend voor zijn creaties is het gebruik van opvallende prints en kleurrijke applicaties. In Apeldoorn toont hij een selectie van zijn kledingontwerpen van 2003 tot 2008. De ontwerpen zijn omgeven met zijn ontwerpschetsen, tekeningen, polaroids, poppen, een schilderij en een videoregistratie van zijn muzikale performances, waardoor de bezoeker een beeld krijgt van de veelzijdigheid van de ontwerper.

Het thema van duurzaamheid straalt ondubbelzinnig af van het twintigtal etalagepoppen met outfits van hergebruikte materialen als paraplu’s, lakens, vlaggen, Heineken- en Coca Cola-parasols. Kosters verfraaide ze met zijn herkenbare prints en applicaties van pailletten en stras en geeft de gebruiksvoorwerpen een tweede leven als draagbare kleding. Pièce de résistance is een dramatische avondjurk van de stof van tientallen oude paraplu’s, die speciaal voor de tentoonstelling is gemaakt. Kosters is erin geslaagd om met dit gerecyclede materiaal een draagbare jurk te maken die duidelijk zijn signatuur draagt. De aloude associatie van recycling met geitenwollensokkentypen wordt hier radicaal onderuit gehaald.

Daarvan getuigt ook de vorig jaar verschenen collectie van alternatieve red carpet-jurken, waarvan er een gepresenteerd is in het CBK. De jurken zijn gemaakt van oude lakens en goedkope soorten tule en kant, en zijn bedrukt of bespoten met herkenbare Kosters-prints. Met zijn collectie Beauty on the red carpet an empty package a protest againt protest becommentarieerde Kosters de Amerikaanse rode lopercultuur die ook de Nederlandse modewereld in toenemende mate beïnvloedt. Hij deelde bij zijn modeshow pamfletten uit met daarop teksten als ‘Individualiteit is een voorbijgesneld goed!’ en ‘Weg met de leegheid van esthetische dwangmatigheid, waarin het uiterlijk de persoonlijkheid overneemt!’ Daarnaast bekritiseert hij met deze collectie het rücksichtslos protesteren en stelt daar tegenover een vorm van protest waarbij solidariteit en compassie voorop staan.

Kosters’ verzet tegen de normen van de gevestigde modewereld uit zich ook in zijn voorliefde voor het maken van poppen. Met zijn poppen schept hij een eigen wereld van verschillende karakters. Deze poppen zijn persoonlijke accessoires en vormen een alternatief voor de populaire designerbag – tegenwoordig het meest commerciële product van grote modehuizen. De pop Lace Heroine (2008), vervaardigd van oud kant en lakens, wordt in Apeldoorn voor het eerst gepresenteerd. De ruim twee meter lange pop heeft een slungelig lijf met brede heupen. Met een verwaande blik lijkt ze op de bezoekers neer te kijken.

Kosters brengt zijn protest met humor: getekende mannetjes met holle ogen houden borden op met daarop teksten als ‘Weet ik veel!’, ‘Ik doe maar wat’ en ‘Weg ermee!’ – ze weten niet waartegen ze protesteren. Hij bedrukt met deze prints zijn kledingontwerpen en maakt er stickers van. Hiermee brengt de ontwerper zijn protest againt protest onder de aandacht. Kosters’ geëngageerde creaties zijn onconventioneel: ze tonen een alternatieve esthetiek waarin het persoonlijke aspect belangrijker is dan het esthetische. Beauty is in the eye of the beholder is zijn motto.

De tentoonstelling had nog aan kracht kunnen winnen als er videoregistraties van Kosters’ modeshows werden vertoond. Een deel van de boodschap van zijn creaties gaat namelijk verloren doordat de ontwerpen los van die context zijn gepresenteerd. Toch geeft Rubbish een veelzijdig beeld van Bas Kosters’ kleurrijke universum waarin recycling en individualiteit verheven zijn boven esthetiek. Hij ziet esthetiek als een middel en niet als doel: hij decoreert zijn creaties van gerecyclede materialen op ambachtelijke wijze en geeft ze zo een geheel nieuwe uitstraling. In een tijd dat duurzaamheid een trend is geworden, blijft Kosters gelukkig zijn eigen anarchistische koers aanhouden.

RUBBISH
Bas Kosters
t/m 15 juni 2008

CBK Apeldoorn
ACEC Gebouw, Roggestraat 44, Apeldoorn
www.cbkapeldoorn.nl
www.baskosters.com