Zeker, er zijn kunstenaarsinitiatieven waar na het kraken van het pand zelden nog een deur werd ingetrapt die niet al openstond. Maar wie probeert nieuwe artistieke impulsen te ontwaren, kan moeilijk om het circuit van alternatieve instellingen heen. Het politieke streven naar ‘centres of excellence’ ten spijt, liggen deze kunstruimtes nogal verspreid door het land. In de praktijk blijven excursies verder dan drie strippen met de bus dan ook veelal in goede voornemens steken. Er dient zich echter een kans aan om het leven te beteren: de Kunstvlaai komt er weer aan. Oorspronkelijk bedoeld als tegenmanifestatie voor de KunstRai, werden tussen 1997 en 2000 vier edities van deze alternatieve kunstbeurs georganiseerd op het Amsterdamse Westergasfabriekterrein, die zich mochten verheugen in toenemende aantallen bezoekers en deelnemers. Wie als kunstenaar – jong en veelbelovend – niet werd uitgenodigd om zijn of haar werk te laten zien, richtte gauw nog even zelf een initiatief op. Of je nu een videoband als toegangsbewijs inleverde of iets met een stekker aansloot op een grote, uit stopcontacten bestaande wand: meedoen was een must, al was het maar als toiletjuffrouw.
Renate Jörg beheerde tijdens de Vier De Kunstvlaai in 2000 een toiletblok, dat tevens als expositieruimte van kleine kunstwerken diende. Kort na het festival kreeg zij onder uit de zak van NRC-criticus Cornel Bierens, die daarmee een discussie entameerde over kunstenaars die het leven zelf tot kunst uitriepen, zoals Tracey Emin met haar onopgemaakte bed. "Hedendaagse kunstenaars", zo schreef Bierens, "geloven niet meer in de geschiedenis. De geschiedenis bestaat niet, zeggen ze, er bestaan alleen maar persoonlijke geschiedenissen. Opgesloten in hun solipsisme van het moment, willen ze geen kunst meer maken voor de eeuwigheid, maar alleen nog voor het nu. En dat lukt uitstekend. Niet zelden ben je hun werk al vergeten voor je het in het zoekplaatje van de context hebt opgemerkt." Bierens droeg ook nog een oplossing aan: "Het beste zou zijn dat de beeldende kunst zich voor een tijd helemaal uit de kunst terugtrekt en onderduikt in het echte leven. Niet het leven van de gemakzuchtige slaapkamers dus, maar het harde, wereldse leven waar het kaf van het koren wordt gescheiden. Waar je eten moet of wordt gegeten." Sadder but wiser zouden de kunstenaars dan mettertijd weer uit de onderduik terugkeren, en de kunst weer tot bloei brengen.
Alleen de Kunstvlaai zelf heeft zich van deze woorden wat aangetrokken, en verdween prompt voor een aantal jaren. Ondertussen zijn er alleen maar nieuwe initiatieven bijgekomen, zoals PAKT, Optrek, Partijloos en Hotel Mariakapel, die tot nieuwe gespreksstof zullen leiden. Een zeker anti-intellectualisme (hogere kwajongenskunde, menen anderen) was de Kunstvlaai, toegegeven, voorheen niet vreemd. Dat weegt echter niet op tegen de vitaliteit die van kunstenaarsinitiatieven uitgaat, en die voor prestigieuze instituten in deze magere jaren broodnodig is. Het Parijse Palais de Tokyo en hopelijk het hokken straks van W139 en het Stedelijk Museum vormen hiervan het levende bewijs.
KUNSTVLAAI 5, 8 tm 16 mei
Westergasfabriek, Amsterdam, open 12-18, machinegebouw 12-22