De wereld als breukvlak

Gerben Bakker
LIME HILLS (QUARRY SERIES) (1986-91)

Het Amsterdamse museum voor fotografie Huis Marseille wijdt een overzichtstentoonstelling aan het werk van de Japanse fotograaf Naoya Hatakeyama (1958), getiteld Natural Stories. Deze titel is nogal cryptisch; wie uitgebreider kennismaakt met zijn werk zal misschien moeite hebben om de ‘natuurlijke verhalen’ te ontwaren. Is dat teleurstellend? Zeker niet. Hatakeyama is een fotograaf die van elke foto een intrigerende mise en scène maakt: monumentale beelden zonder een uitgesproken morele boodschap, die de harde confrontatie tussen mens en natuur tonen. Met alle geduld zoekt hij naar spectaculaire omgevingen of landschappen waarin de impact van menselijk handelen aan het licht komt. 

Op het eerste gezicht lijkt Hatakeyama vooral te worden gedreven door een typisch Japanse fascinatie voor gestileerdheid. In de serie Blast bijvoorbeeld toont hij registraties van gecontroleerde ontploffingen gemaakt met een op afstand bestuurbare camera. De rotsstukken vliegen je om de oren, maar wel met stijl. Hatakeyama laat zien hoe mooi materiële destructie kan zijn. Maar achter het ‘esthetisch vertoon’ en de vormgeving van deze serie gaat een diepere overweging schuil. Voor Hatakeyama is een landschap nooit zomaar een landschap. Elk landschap is een breukvlak, een intens strijdtoneel waarin een gewelddadige clash tussen mens en natuur plaats vindt. Zonder daarover sentimenteel te doen, registreert Hatakeyama hoe onze omgeving telkens wordt vervormd en weer een nieuw aanzicht krijgt. In de adembenemende foto Moon creëert Hatakeyama bijvoorbeeld een levend visioen van de wereld als totale stad. Afgezet tegen het volgebouwde aardoppervlak is de maan niets meer dan een nachtlampje dat zijn licht laat schijnen over de mens als kolonisator. 

Een substantieel deel van Hatakeyama’s werk is niet in Japan geschoten maar in Europa. Het ‘oudste werelddeel’ met haar industriële geschiedenis leent zich uitstekend als onderwerp voor Hatakeyama’s studies: vele landschappen zijn diep getekend door menselijke activiteit. Eén van de parels is het desolate kolenbekken van de Noord-Franse regio Nord-pas-de-Calais. Het mijnbouwgebied vormt de bron voor de serie Terrils waarin de gitzwarte kegels van de door mensen opgeworpen kolenbergen alle aandacht opeisen. Met een verwijzing naar Caspar David Friedrich overzien twee mensen op één van deze foto’s (Terrils #02607) de wijdse wereld vanaf een kunstmatige bergtop. Hatakeyama lijkt met de foto het romantische dogma van de natuur als ontembare, mensoverstijgende kracht onderuit te vegen. In zijn wereld liggen de verhoudingen precies omgekeerd. Het landschap vindt pas zijn bestemming als het is onderworpen en tot op het bot vervormd. 

Toch is de mens niet altijd de dominerende partij. Dit wordt duidelijk in het laatste, bijzondere deel van de expositie, waarin foto’s worden gepresenteerd die Hatakeyama maakte in het door de tsunami getroffen Japanse district Iwate. Door een speling van het lot werd Hatakeyama zelf op 11 maart 2011 meegezogen in dit natuurgeweld. Zijn geboorteplaats Rikuzentakada, een stadje aan de oostkust, werd weggevaagd en zijn moeder overleefde de ramp niet. Plotseling werd Hatakeyama zelf het epicentrum van het krachtenveld dat hij anders zo geduldig waarneemt. Dat gegeven moet hem voor een schier onmogelijke uitdaging hebben gesteld: hoe om te gaan met een persoonlijke tragedie die onderdeel uitmaakt van het grote verhaal dat je als kunstenaar wil vertellen.

Hatakeyama ging de uitdaging niet uit de weg. In het rampgebied fotografeerde hij zonder een trilling in zijn handen. Als een belangeloze functionaris van zijn camera ‘bewijst’ hij de aanwezigheid van het landschap, en het verscheurde landschap bewijst zichzelf – zonder opsmuk, zonder sensatie. Meer is niet nodig, zo moet Hatakeyama hebben gedacht. De foto’s zijn droger en feitelijker dan zijn eerdere series maar overtuigen daardoor des te meer. Misschien passen de foto’s bij een intuïtieve reactie op een ramp als deze, maar toch moet het ongelooflijk moeilijk zijn om ze zo te schieten. Hatakeyama laat zien dat hij zich volledig kan vereenzelvigen met zijn fotografische denkwereld. In deze wereld regeert hij over zijn onderwerp door een ruime afstand te houden en de zaken zo naturel mogelijk voor te stellen. Deadpan fotografie wordt dat ook wel genoemd: een vorm van verregaand realisme waarmee een fotograaf wil voorkomen dat foto’s ‘vervuild’ raken door sturende verhalen of emoties. Het paradoxale is dat de afstand en de stijl van Hatakeyama bij de beschouwer juist een gevoel van betrokkenheid oproept. Het maakt de onwerkelijke gevolgen van de tsunami invoelbaar op een niveau dat ‘gewone’ beelden van nieuws en krant nooit zullen kunnen evenaren. Zo weet Hatakeyama zonder emotioneel of persoonlijk te worden heel dicht op de huid van de kijker te gaan zitten. 

RIKUZENTAKATA, KESEN JUNIOR HIGH SCHOOL 2011.04.03 (2011)
TERRILS #02607 (2009)