Het Paard van Troje in Friesland

Rudy Hodel

"Met de keuze voor portret en landschap haakt het Fries Museum in op de discussie die gevoerd wordt in de museumwereld over de verspreiding van kunstenaars en stromingen in de diverse Nederlandse musea. Niet allemaal een Ger van Elk, een René Daniels of een Jan Dibbets, maar musea met eigen smoelwerken is de gedachte. Niemand heeft er wat aan dat in de musea in Maastricht, Enschede en Leeuwarden dezelfde kunst te zien is. Het Fries Museum gaat voor een eigen smoel".

Duidelijker dan in de Zomereditie van de ‘Fries Museum Krant' kan niet verwoord worden welk beleid Wim van Krimpen de afgelopen twee jaren in het Fries Museum gevoerd heeft. Bij zijn plotselinge komst naar Leeuwarden werd hij door sommige lokalo's uitgemaakt voor het Paard van Troje. En nu twee jaar later zijn vertrek vaststaat, heeft hij van die scheldnaam een geuzennaam gemaakt. De tentoonstelling van zijn aankopen, die gefinancierd konden worden met behulp van de Mondriaan Stichting, heet fier ‘Het Paard van Troje'. Voor de fooi van zegge en schrijve 50.000 guldens per jaar heeft Wim van Krimpen geopereerd als een particuliere verzamelaar: snel, goed, gepassioneerd en goed op de centen passend. Je zou bijna willen dat alle conservatoren en museumdirecteuren een workshop bij die man gingen volgen: wacht niet op het beleidsplan, wacht niet op het goedkeurende knikje van je collega, koop niet met je oren, maar koop met je hart en met je hersens. Natuurlijk is er kritiek mogelijk. Zo is het zelfs de vraag of ieder museum in Nederland hedendaagse kunst van het kaliber jong, fris en veelbelovend moet kopen. Iedere keuze is per definitie in hoge mate speculatief. Iedere aankoop van jong talent is een sprong in het duister. En de opslag van al dat nieuwe grut vreet zoveel ruimte en geld, dat gewoon beleid crisisbeleid dreigt te worden: want wat moeten we met al die werken als ze uit de gratie raken, het verval toeslaat en de onverschilligheid de overhand krijgt?

Wim van Krimpen heeft – in mijn ogen – zeer goed ingekocht van jonge Nederlandse kunstenaars. Hij heeft werken gekocht, die volgens het persbericht "een goed beeld geven van de ontwikkelingen in de hedendaagse kunst". Deze uitspraak moet ook voorzien worden van een kanttekening. Want wat moet je bijvoorbeeld met foto's van Céline van Balen en Hellen van Meene als er geen geld is (?) voor een werk van Rineke Dijkstra? Ontwikkelingen in de hedendaagse kunst kun je alleen tonen als je verbanden of dwarsverbindingen kunt laten zien.

Zo heb ik ook mijn twijfels het nut van het landschap als selectiecriterium. Het lijkt me eerder een non-criterium, maar dit terzijde: kom en geniet van twee jaar avontuur. Te zien zijn werken van Céline van Balen, Rob Birza, Sara Blokland, Arjen Boerstra, Koos Breukel, Otto Egberts, Risk Hazekamp, Paul Klemann, Jeroen Kooijmans, Paul Kooiker, Jan Koster, Juul Kraijer, Inez van Lamsweerde, Erik van Lieshout, Hellen van Meene, Arno Nollen, Ronald Ophuis, Wouter van Riesen, Frank van der Salm, Charlotte Schleiffert, Gé-Karel van der Sterren, Berend Strik, Michael Tedja, Robert Zandvliet en anderen. Leeuwarden is deze zomer een glorieus brandpunt van hedendaagse kunst. Naast ‘Het Paard van Troje' is er in de Grote Kerk van diezelfde plaats de tentoonstelling ‘Verlicht mijn ogen' en in andere afdelingen van het Fries Museum is er de grote fototentoonstelling ‘Friesland is…'. En aanpalend in Buro Leeuwarden is de solo van Charlotte Schleiffert: ‘Breathe with me'. Over ‘Verlicht mijn ogen' met Machteld van Buren, Marlene Dumas, Gijs Frieling, het duo Groenewoud/Buij, Zoltin Peeter, Jan Roos, Manfred Stumpf, Freark van der Wal en Ramon van de Werken kan ik weinig zeggen, want deze tentoonstelling over het beeld van Jezus tweeduizend na Christus heb ik zelf georganiseerd.

Charlotte Schleiffert heeft in Buro Leeuwarden uiterste pogingen ondernomen de toeschouwer op te sluiten in een environment van schilderijen en tekeningen, die het mythische woord ‘Venusgrot' van een nieuwe betekenis voorziet. Ze is brutaal, een beetje vulgair, wild en recht voor haar raap. Maar na een poosje ga je toch verlangen na de echte jaren 80, toen wild schilderen een nieuwer geluid was. ‘Breathe with me' is een tentoonstelling die niet echt tot leven wil komen. Ze heeft mij althans niet echt geraakt.

Het Fries Museum onder Wim van Krimpen richt / richtte zich – zoals gezegd – op de genres van het landschap en het portret. Dit gevoegd bij de ‘Simmer 2000 Manifestatie', die de thuiskomst van alle Friezen in diaspora gedurende de maand juli 2000 behelst, en het feit dat de foto als medium tegenwoordig nergens meer mag ontbreken, leverde de context op van de fototentoonstelling ‘Friesland is…'.

Tien fotografen kregen de opdracht – alweer mede mogelijk gemaakt door de Mondriaan Stichting – "hun visie op het Friesland van nu vast te leggen". En ook deze tentoonstelling is – het spijt me dat ik het moet zeggen – niet echt sprankelend of levendig te noemen. Natuurlijk weten de uitverkorenen dat het clichébeeld van Friesland uit ‘oneindige meren, wapperende zeilen, onstuimige luchten, uitgestrekte landerijen en stoere mannen' bestaat. Maar wat zij daar tegenover stellen, graaft over het algemeen niet veel dieper. Portretten van skûtsjeschippers, markante boeren, gezichten op het Wad, vakantiehuisjes, kerktorens, bergen autobanden op een industrieterrein, etc. etc. Het zijn nieuwe algemeenheden, die je in principe overal kunt tegenkomen. Iedereen blijft braaf achter de camera staan als buitenstaander en zelfs als toerist.

De enige die echt tot denken – over Friesland – aanzet, is de Chinees Zhuang Hui. Op basis van een ‘weekje' Leeuwarden bouwde hij in Peking een virtueel panorama dat vervolgens gefotografeerd werd en digitaal naar Leeuwarden werd gestuurd. Het uiteindelijke resultaat is een kolossale foto (225 x 400 cm.) met de titel ‘Year 2000. The street of Leeuwarden'. Voor een toneeldecor van Leeuwarder monumenten waar een verkeersongelukje is nagespeeld met miniatuurautootjes, verschijnt een tiental identieke reuzen en een soort oermoeder. Dit alles onder de subtitel – zoals Wim van Sinderen memoreert – "Friesland, it is a really beautiful natural place".

Alle tentoonstellingen zijn tm 3 september te zien