Gender Transketeer

Jessica Gysel
Chris Rijksen, DOCUMENT UIT AKTZEICHNUNG, DOCUMENT 3 VAN DE TRANSFORMATIE

Chris Rijksen groeide op in Utrecht, studeerde fotografie aan de Koninklijke Academie in Den Haag en brak in 2013 door met zijn serie Gender as a Performance, een fascinerende fotoserie waarin hij gender-vooroordelen op een subtiele manier ontmantelt. Er volgden meer tentoonstellingen (waaronder een groepsexpositie in New York) en een periode van zelfreflectie, waarna hij in 2015 een Master bij het Dirty Art Department aan het Sandberg Instituut in Amsterdam afrondde. Vorig jaar richtte hij samen met transmannen Bart Peters en Jonah Lamers het makerscollectief Transketeers op, waarbij kunst met een grote en kleine K naadloos in elkaar overlopen. Rijksen is naar eigen zeggen een van de weinige mensen die zelf een voornaam heeft kunnen kiezen, en heeft al meer dan zes jaar een relatie met een meisje: “Ik heb een langere relatie met haar dan dat ik een jongetje ben.”

Jessica Gysel: Je bent ooit begonnen als fotograaf bij het lgbt-jongerenblad Expreszo; je hebt altijd gefotografeerd. Kun je hier iets meer over vertellen?
Chris Rijksen: Ik heb het altijd al leuk gevonden om mooie dingen te maken en te zien. Toen ik een camera kreeg gingen er opeens allerlei deuren voor me open. Ik mocht naar binnen kijken. Mensen gedragen zich anders als je een camera in je handen hebt, zeker toen ik net begon en nog niet iedereen een smartphone had. Mijn foto’s zijn een debatopener, ik vind het belangrijk dat mensen zelf kunnen lezen wat ze willen.

In eerdere interviews definieer je jezelf nog niet echt als transgender, maar meer als genderfluïde. Sinds een tijdje ga je als transman door het leven. Ik vraag me af hoe dat zo is gegaan, omdat ik de indruk heb dat juist veel (jonge) mensen ervoor kiezen om ‘fluïde’ te blijven, en afwijken van het binaire genderbegrip.
Ik verwerp het concept van vaststaand gender, nog steeds. Ik heb bij mijzelf ondervonden dat ik een stuk minder gefrustreerd raak met de wereld en de mensen om mij heen wanneer mensen mij zien als jongen. Het kost enorm veel moeite om continu zichtbaar genderqueer te zijn – ik identificeerde me niet als fluïde, wel als queer.

Dat is fascinerend, maar als redacteur van een feministisch/ queer kunstblad herken ik dat natuurlijk wel. Het is moeilijk om iets te maken in een vorm die mensen nog niet kennen.
Ja, precies. Iedereen die queer is herkent dat sowieso. Maar voor veel kunstenaars geldt het ook, zeker voor kunstenaars die niet willen of kunnen meedoen met het huidige systeem binnen de kunstwereld. Bij het Sandberg Instituut heb ik erg veel gedacht over: ‘Ben ik nou kunstenaar en wat behelst dat precies?’ Nu ben ik onderdeel van Transketeers; we doen als collectief veel verschillende dingen waaronder performances en filmvertoningen, maar ook interventies. Tijdens de ‘Week van de Vooroordelen’ hebben we in de toiletten van het gemeentehuis van Utrecht een serie posters opgehangen met slogans als ‘Wat als jouw dochter met een Pool thuiskomt?’ of ‘Gefeliciteerd met uw huidskleur’. We wilden eigenlijk ook een poster plaatsen met daarop ‘Gefeliciteerd met uw piemel’, maar dat mocht helaas niet.

Ik vind het goed dat je probeert om een dialoog aan te gaan met mensen buiten de kunstwereld. Het is namelijk gemakkelijker om voor je eigen parochie te preken.
Ik geloof heel erg in je eigen veilige clubje, je eigen veilige blad en je eigen veilige mailinglijst. Daarom woon ik ook in Amsterdam. Het is de enige stad in Nederland waar ik me echt queer kan voelen. Maar op het moment dat ik de rest van de wereld vooruit wil helpen moet ik weg uit die veilige omgeving. Bijna iedereen op de kunstacademie is boos op de patriarchale samenleving.

Kun je iets meer vertellen over de Transketeers?
We zitten ergens op een soort snijvlak tussen entertainment, lgbt-educatie, documentaire- en videokunst, en ook een soort van emancipatie: hardcore activisme.

Wat is de succesformule van jullie collectief?
We zijn alle drie goed in iets anders. We hebben bijna een soort van zakelijke droogheid. Bart is fictieregisseur, ik ben goed met de camera en Jonah is antropoloog en educator, maar ook producer. Hij zorgt ervoor dat dingen gebeuren. In je eentje is het veel lastiger, het loopt altijd vast op het punt waar je niet goed in bent.

Gaan jullie democratisch te werk?
Met z’n drieën is het vrij doorzichtig. En we zijn ongeveer even slim. Als we er niet uitkomen zetten we een stap terug.

Ten slotte: wie uit het huidige kunstklimaat vind je inspirerend?
Ik ben een groot fan van componist Merlijn Twaalfhoven, en ook van theatermaker Lotte van den Berg. Ik kijk sowieso veel naar theater en installatiemakers. En verder hou ik erg van zowel het werk als de persoonlijkheid van Anouk Kruithof. En Jan Hoek natuurlijk. Ik vind hem een van de weinige mensen die de machtspositie die de fotograaf heeft en zo vaak wordt misbruikt weet op te lossen. Samen met zijn modellen maakt hij eerlijke, gave dingen, zonder spot. Als ik in de geschiedenisboeken naast hem eindig, zou ik dat een hele eer vinden.

Jessica Gysel is oprichter en redacteur van feministisch queer kunstblad Girls Like Us.

Chris Rijksen, stills uit BOSJACHT, DOCUMENT 2 VAN DE TRANSFORMATIE, 2015
Chris Rijksen, stills uit BOSJACHT, DOCUMENT 2 VAN DE TRANSFORMATIE, 2015