Een verzameling van eigenaardigheden

Noor Mertens
Richard Wentworth, AT SEA THE HORIZON REMAINS EIGHT MILES DISTANT (foto: Marco Sweering)

De titel van de groepstentoonstelling Localisms laat zich vertalen als ‘plaatselijke eigenaardigheden’. De verschillende, vooral jonge, kunstenaars waarvan werk is te zien, zijn scherpe beschouwers, zorgvuldige waarnemers die de omringende omgeving, van Almere tot het Chinese YiWu, aftasten op bijzondere en merkwaardige details. Daarin staat niet de specifieke plek centraal, maar haar eigenaardigheden.

De aanzet voor Localisms was een workshop die de gerespecteerde kunstenaar Richard Wentworth begin april in Museum De Paviljoens gaf. Het was een vervolg op Wentworths succesvolle workshop Gathering Material 3, enkele maanden eerder op de Jan van Eyck Academie in Maastricht. De enige nog niet ingetekende kavel in het hart van Almere, het gebied 2F-7 waar ook De Paviljoens is gehuisvest, zou in de tweede workshop centraal staan. 2F-7 wijkt af van de overige geplande en bebouwde kavels van Almere; het fungeert als de localism van deze stad. Toch staat in de groepstentoonstelling de kavel niet zozeer centraal, maar is eerder de aanleiding voor het tonen van werk dat ‘plaatselijke eigenaardigheden’ onderzoekt. Enkele getoonde werken zijn het resultaat van de workshop, de meeste kunstwerken waren echter al eerder gerealiseerd.

Wentworths bijdrage aan de tentoonstelling bestaat uit foto’s uit zijn serie Making Do and Getting By (1979-2001) en daarnaast uit vier kleine installaties. Al jarenlang isoleert hij op foto’s merkwaardige details die hij op straat ‘vindt’, toevalligheden waar hij niet actief naar zoekt, maar die hij tegenkomt. In zijn installaties, kleine verzamelingen van alledaagse voorwerpen als een wandelstok, een boek of cactussen, zet hij het spel van merkwaardige combinaties actief voort. Als kleine eilandjes schikt hij zijn objecten op een glasplaat, die horizontaal bevestigd wordt aan de tentoonstellingswand.

De foto’s van Marjolijn Dijkman en Frank Koolen liggen in het verlengde van Wentworths observaties. Ook zij leggen opmerkelijke details vast, zoals een sneeuwbal die qua vorm en kleur lijkt op de wolken boven hem, of een bordje dat vergroeid is met een boom. De fotoreeksen van de verschillende kunstenaars variëren nauwelijks van elkaar en tonen, buiten een scherp observatievermogen, weinig van hun eigen werkwijze en visie. Daarnaast is het jammer dat de foto’s van Dijkman en Koolen geprint zijn op kopieerpapier in plaats van fotopapier, wat de kleur geen goed doet en de afbeelding wat korrelig maakt.

Van Frank Koolen wordt ook de video Towards a New Taxonomy (2007) getoond. Begeleid door pianomuziek van Erik Satie, zijn opnamen van dieren te zien geordend naar ‘nieuwe verwantschappen’. Dieren die zich wassen, eten of wit met zwart gekleurd zijn passeren de revue. De opnames doen wat amateuristisch aan, maar dat tast het werk niet aan. Helaas doet de muziek dat wel, die in combinatie met de beelden er een sentimenteel geheel van maakt. Ook de ‘nieuwe verwantschappen’ die Koolen wil aanbrengen, zijn alles behalve opzienbarend en origineel.

Naast Koolen proberen ook Dijkman en Maarten vanden Eynde in hun werk de omringende wereld opnieuw te categoriseren en te ordenen aan de hand van persoonlijke criteria. Het visueel aantrekkelijke Taxonomic Trophies (2005-2008), de ‘geweienwand’ van Vanden Eynde, is daarvan het meest speelse en geslaagde voorbeeld. Grillig gevormde takken, gevonden op verschillende plaatsen doen, ondanks hun eigen onregelmatige uiterlijk, allemaal dienst als gewei.

Eric van Hove suggereert in het werk Ecumenopolis (2004-2008) met geselecteerde videofragmenten een fictieve stad. Het werk is een opeenvolging van korte, alledaagse opnames van steden over de hele wereld. Deze beelden zouden, los van hun precieze context, het idee van de ‘ecumenopolis’ moeten voorstellen, een stad waarin alle huidige steden zijn opgegaan in één geheel. Maar, net zoals Towards a New Taxonomy, is de titel pretentieuzer dan het eigenlijke werk: het is een aaneenschakeling, zonder opbouw of dynamiek, van op zichzelf niet al te interessante beelden.

Een verademing is het frisse en humoristische werk van de Britse kunstenaar Savage. Hij vervaardigde ter plaatse het werk If I die, you die (2008), waarin hij letterlijk spiegelend te werk gaat. Weggegooide, lege verpakkingen van bier, sigaretten, zakdoekjes en ander etenswaar en prullaria die langs de ramen van het museum liggen, krijgen een gevulde tegenhanger aan de andere zijde van het raam, dus in het museum zelf. Het is jammer dat de meeste lege verpakkingen buiten het museum al zijn opgeruimd of weggewaaid. De titel van het werk benoemt de afhankelijkheidsverhouding die de voorwerpen ten opzichte van elkaar hebben: de gevulde verpakking herinnert en geeft betekenis aan het weggegooide object, de één bestaan bij de gratie van de ander.

Melle Smets en Maurits Hertzberger gingen als Olympische Handelsmissie ter Promotie van het Chinese Product in Nederland (2008) op zoek naar de bron van de zogenaamde ‘plastic rivier’. Ze bezochten de Chinese provincie YiWu, waar plastic speelgoed en gebruiksgoederen niet alleen in miljoenenoplages gefabriceerd worden, maar ook in reusachtige troosteloze beurshallen zijn uitgestald. Smets en Hertzbergers ironische en tegelijk tragische video-installatie toont de eindeloze opeenvolging van prullaria zoals ‘Hair Ornament’, ‘Electric Toy’, en ‘Air Inflated Toy’.

Zoals in de inleiding al werd gezegd, laten de kunstenaars in Localisms zich kenmerken als scherpe waarnemers. In hun fascinatie voor de omringende wereld proberen ze hem op een alternatieve manier in kaart te brengen, te ordenen of te belichten. Verschillende kunstenaars struikelen wanneer ze hun observaties vertalen naar eigen werk. Sommigen laten enkel de ‘plaatselijke eigenaardigheden’ zien en gaan er niet mee aan de haal. Anderen zetten hun grootse (ordenings-) ideeën om in kunstwerken die niet dezelfde kracht hebben als het idee wat eraan ten grondslag ligt. Het werk van kunstenaars als Savage, Smets, Hertzberger en Wentworth (in zijn installaties), maar ook Sara Kolster , Derek Holzer en Marc Boon, die geen grootse gebaren willen maken, maar het zoeken in kleine, vaak humoristische ‘opmerkingen’, is krachtig en betekenisvol.

De tentoonstelling is ‘an ongoing process’: in lijn met verschillende voorgaande tentoonstellingen in De Paviljoens zal gedurende de looptijd van de expositie werk van nog onbekende kunstenaars worden toegevoegd. Dit maakt nieuwsgierig naar nieuwe eigenaardigheden.

LOCALISMS
t/m 19 oktober 2008
met o.a. Richard Wentwurth, Marjolijn Dijkman, Frank Koolen, Maarten Vanden Eynde, Eric van Hove, Savage, Melle Smets en Maurits Hertzberger

Museum De Paviljoens
Odeonstraat 3, Almere

Wikipedia over localism

www.enoughroomforspace.org


Maarten Vanden Eynde, TAXONOMIC TROPHIES (foto: Marco Sweering)
Marjolijn Dijkman, GESTURES, 2008 (foto: Marco Sweering)
Marjolijn Dijkman, detail GESTURES, 2008 (foto: Marco Sweering)