De betekenissen van zien

Joris van Ballengooijen

In de expositieruimte van Casco staan drie overheadprojectors opgesteld. Op twee van de projectors zijn uitgeknipte tekstfragmenten gelegd, de derde toont een ouderwets ogende illustratie van een jongen die zich buigt over een wiskundig model van een kegel. De fragmenten en de illustratie worden geprojecteerd op de witte muren en op lange vellen kalkpapier die van het plafond tot aan de vloer reiken. De teksten variëren van verhandelingen over de Italiaanse Renaissance tot technische beschrijvingen van verhoudingen en maten. Ze blijken afkomstig uit de publicatie Seeing Studies, een remake van een boek dat Natascha Sadr Haghighian (1967) en Ashkan Sepahvand (1984) bij toeval vonden in een boekhandel in Teheran. Het origineel werd uitgegeven door het Iraanse ministerie van onderwijs en was bedoeld voor kunstonderwijs aan de eerste klassen van de middelbare school. Dit boek vormde de aanleiding voor een interculturele studie naar begrippen in de kunst, waarbij de vertaling van deze begrippen centraal staat. Seeing Studies bestaat uit een tentoonstelling in Casco in Utrecht, gevolgd door een serie workshops en een publicatie in januari 2011.

In een interview in Metropolis M (december 2010) geven de respectievelijk in Duitsland en Amerika opgegroeide Haghighian en Sepahvand uitleg over de verbazing die ze voelden bij het bestuderen van dit boek. In tegenstelling tot de Westerse benadering van de kunstgeschiedenis, waar de nadruk ligt op het benoemen van stromingen en periodes, ligt de nadruk volgens Sepahvand in dit boek veel meer op fundamentele vragen over waarneming, vormen en verhoudingen binnen de kunst. In hun poging om een nieuwe Perzisch-Engelstalige versie van dit boek te maken, stuitten Haghighian en Sepahvand op de moeilijkheid van het vertalen van kunstbegrippen tussen culturen. Kijken mag dan universeel zijn, beschrijvingen van wat en hoe we iets zien verschillen enorm. Begrippen die we voor zulke beschrijvingen gebruiken blijken vaak zelfs onvertaalbaar.

Met dit interculturele vertaalprobleem als inspiratie, richtten Haghighian en Sepahvand voor het project Seeing Studies het ‘Instituut voor incongruente vertalingen’ op. De filosofie van dit instituut is dat vertalingen die niet passend zijn, of niet precies de lading dekken, weliswaar kunnen leiden tot onbegrip, maar ook juist een beter inzicht in de werkelijke betekenis van een woord tot gevolg kunnen hebben. Wie in staat is om woorden of beelden vanuit het perspectief van een andere cultuur te lezen en te begrijpen wordt zich bewust van de subjectiviteit van de eigen waarneming. Waarnemen is niet ergens ‘waarde van nemen’, maar juist ergens waarde aan toekennen.

De vragen die Seeing Studies oproept zijn interessant, maar de bezoeker die bereidt is zich te verdiepen in de wollige, begeleidende teksten zal zich afvragen of er bij het kijken naar kunst en interpreteren ervan niet altijd sprake is van een soort persoonlijke vertaling van het idee van de maker? ‘Zien’ is in zekere zin altijd subjectief, zeker wanneer het subject kunst betreft.

Het uitgangspunt van Haghighian en Sepahvand, om taal in de vorm van een lesboek in het onderzoek centraal te stellen, is op zich een slimme manier om tot een interculturele vergelijking te komen. Het maakt het onderzoek concreet, er valt immers echt iets te vergelijken in plaats van te vervallen in clichés. Helaas wordt dit idee in de tentoonstelling niet erg sterk verbeeld door de kunstenaars. In haar huidige vorm, met projectoren en uitgeknipte citaten, is de tentoonstelling niet meer dan een raadselachtige verwijzing naar een boek waarvan we het origineel niet te zien krijgen.

Haghighian en Sepahvand maken geen gebruik van de gelegenheid om in deze fase van hun onderzoek stelling in te nemen noch het publiek te prikkelen in aanloop naar de workshops. De geprojecteerde teksten zijn bewust moeilijk leesbaar gemaakt en vormen op die manier een metafoor voor het gehele project waarin vooral gezocht lijkt te worden naar betekenis. De projecties nodigen niet uit tot discussie, omdat hun context niet zichtbaar wordt gemaakt. De enige hulp die de bezoeker wordt geboden bij het duiden van het werk is een begeleidende tekst op een A4’tje en een gekopieerd kaartje. Het kaartje bevat een in het handschrift van de kunstenaar geschreven boodschap over ‘problems and forms’ en een literatuurlijst. De literatuurlijst in combinatie met het gebruik van termen als ‘incongruent’, ‘facsimile’ en ‘polyfone echo’ in de tekst op het A4’tje tonen vooral aan dat in dit project de theorie zelf tot kunst verheven wordt. Wellicht dat de workshopserie en de publicatie meer recht zullen doen aan de uitgangspunten van Seeing Studies.

Workshops 19 t/m 22 januari

Seeing Studies (detail), Casco, Utrecht