Betoverende droomwerelden

Vivian van Saaze
Persijn Broersen & Margit Lukács, De Broersens (The Broersen Family), 2006, still

‘I saw the lights coming in from the clouds’, zingt de Nederlandse band Coparck in de tv-commercial van Milnerkaas. Veel minder bekend is de oorspronkelijke videoclip die het nummer The World Of Tomorrow (2004) begeleidde. We vliegen door een rozig wolkendek waarin gebouwen langzaam opdoemen, vogels voorbij trekken en auto’s zweven. Steeds sneller richting zon. De clip, gemaakt door Persijn Broersen en Margit Lukács, verbeeldt precies de hoopvolle droomwereld die de tekst en muziek oproept. ‘I saw the skies, floodlit and full of sounds’. Sferisch, op het randje van sentimenteel en toch integer en wonderlijk genoeg om het hart even te verwarmen.

Met de dezelfde computertechniek maakte het kunstenaarsduo de veelgeprezen videoclip voor Coparcks Into Routine (2002) en afgelopen november verzorgden zij de videoachtergrond bij een live optreden van het duo Bauer onder begeleiding van het Metropole Orkest. Het palet van langzaam in elkaar overlopende beelden bestaat merendeels uit bloemen, wolken, vlinders, landschappen en ballonnen. Soms geanimeerd, soms realistisch maar altijd paradijselijk en feeëriek. De werelden van Broersen en Lukács lijken stuk voor stuk zoveel mooier en minder complex dan de onze te zijn. Een ontsnapping uit de werkelijkheid of juist een verfraaiing ervan? In ieder geval worden de grenzen tussen realiteit en fictie weer eens prettig (en soms verontrustend) aan het wankelen gebracht in de videowerelden van de kunstenaars.

Zo ook in de solotentoonstelling Post Horizon die tot 7 januari te zien was in het tijdelijke onderkomen van het Stedelijk Museum te ’s Hertogenbosch. Het kunstenaarsduo toonde hier een viertal werken, waaronder de eerder vertoonde video Prime Time Paradise uit 2004 en drie nieuwe werken. In Prime Time Paradise wordt de kijker meegenomen op een reis door overbekende nieuwsbeelden. We vliegen opnieuw door een zelfgecreëerde wereld heen, maar anders dan bij The World Of Tomorrow is dit de (televisie)wereld van vandaag: een grijze mistige wereld opgebouwd uit brandende steden, schietende soldaten en vluchtende mensen. De televisie als kijkdoos met beelden uit de werkelijkheid die lijken op kartonnen decorstukken. Alles eniedereen staat stil, alleen onze blik glijdt langs de treurnis. Letterlijk, want het ritme van het kijken wordt bepaald door de makers. De beelden echt in je op te nemen is onmogelijk gemaakt, want zodra het oog zich ergens op richt, dringt zich weer een nieuw beeld op. Als een camera die langzaam inzoomt, maar nooit echt dichtbij wil komen.

Prime Time Paradise is net als Achterland (2006) – beide zonder geluid – te zien in speciaal gebouwde black boxes die helaas niet optimaal functioneren. Ondanks de afgeschermde ruimtes dringen de omgevingsgeluiden van een andere tentoonstelling en het museumlicht naar binnen. Jammer, want om écht op te kunnen gaan in de door de kunstenaars gecreëerde werelden is stilte en afzondering nodig. Achterland toont een eindeloze stroom van krantenfoto’s die in elkaar vervloeien en waaruit het onderwerp met behulp van beeldbewerking is uitgegumd. Op een enkele foto getuigt de roodwitte politietape van een crime scene, maar andere verwijzingen naar een nieuwswaardige gebeurtenis zijn vakkundig uitgewist. De diavoorstelling van anonieme plaatsen wordt al snel een raadspelletje. Waar is de foto genomen en wat zou er op die plek gebeurt zijn? Maar bovenal: wat beklijft er van het nieuws, wanneer het nieuwsbeeld zelf is uitgewist?

Het derde en laatste videowerk De Broersens (2006) vertelt een heel ander verhaal. Vanuit het heelal zoomen we in op de aarde, op Nederland en tenslotte op het plattelandsdorp Nieuw Niedorp. Hier geen wereldnieuws en publieke beelden, maar een kijkje in het leven van de Westfriese familie Broersen. Middels vier wandgrote projecties leren we de familie van Persijn Broersen kennen door de ogen van de kunstenaars. De als een documentaire gefilmde portretten laten zien hoe de Broersens voor zichzelf een eigen, veilige en beschermde wereld hebben gecreëerd in de Noord-Hollandse polder. Moeders gebakken eieren smaken goed en de maaltijd wordt gezamenlijk aan een lange tafel genuttigd. Ze praten in de camera over zichzelf, hun relaties en kijk op het leven. Eén van de Broersens analyseert: “Ik ben best wel, hoe moet je dat zeggen, standaard.” Een grote, tevreden familie in een gezellig Hollands dorp. Maar op het kolenveld verwelken plots de kolen en neemt het verhaal een andere wending. Dan zien we langzaam de maakbaarheid verbrokkelen: het dorpscafé brandt af, relaties lopen stuk en een zwangerschap wordt afgebroken.

De drie videowerken worden in ruimtelijke en thematische zin met elkaar verbonden door een wandcollage die zich uitstrekt over de gehele lengte van de tentoonstellingszaal. Op de eerste wand zien we een grillige zwevende horizon opgebouwd uit allerlei zwartwitte vormen en structuren. De organische lijntekeningen lijken een fantasielandschap te verbeelden, maar het zou evengoed een vreemde futuristische stad kunnen zijn. De tekening loopt door op de lange wand die naar De Broersens leidt. Er vallen gaten in de horizon en losse brokstukken zweven op het platte vlak. Aan het einde van de wand zien we tenslotte de meer dan levensgroot getekende knollen waarin we het knollenveld herkennen dat zo’n prominente rol speelt in de videoinstallatie De Broersens. De cirkel is rond.

Nu is het wachten op de reeds aangekondigde video van dit duo waarin de Joods-Hongaarse familie van Lukács centraal zal staan. Er is haast geen groter contrast met Broersens achtergrond. Hoe verschillend de kunstenaars zijn, kwam al eerder tot uiting in de semiautobiografische split-screen video Crossing The Rainbow Bridge (2003). Het is jammer dat deze video niet in het SM’s te bezichtigen was en dat geldt ook voor de eerdere videowerken en clips van dit duo. Het had mogelijk een wat meer samenhangende en vooral rijkere presentatie opgeleverd, die hun oeuvre bovendien beter representeert. Broersen en Lukács weten fantasie en werkelijkheid te versmelten tot vaak betoverende, voelbare werelden. Wat mij betreft hadden deze werelden ook in het SM’s meer ruimte mogen krijgen.

Post Horizon, Persijn Broersen en Margit Lukács, 11 november 2006 t/m 7 januari 2007

SM’S – STEDELIJK MUSEUM ‘S-HERTOGENBOSCH, Magistratenlaan 100, ‘s-Hertogenbosch

Persijn Broersen & Margit Lukács, Post Horizon, 2006, detail