Ask the dust

Arne Hendriks

But anyone who has ever seen a piece of untouched nature is fortunate indeed. Maarten Evenblij, bioloog

Even if we leave nature alone, we still shape it with our gaze. Simonka de Jong, curator

Dat schreven Evenblij en de Jong in de catalogus van Wild Gliders, een tentoonstelling die vorig jaar te zien was bij Aschenbach en Hofland in Amsterdam. De expositie was een aanzet om de relatie tussen mens en natuur opnieuw te definiëren zonder te vervallen in het negatieve jargon van de milieuactivist. Sonja Braas, Henrik Hakansson, Felix Stephan Huber e.a. lieten zien dat gecultiveerde en genetisch gemanipuleerde natuur ook de moeite waard kan zijn en dat er bovendien niet meer aan te ontkomen is. Het was een besef dat me met gemengde gevoelens achterliet. Mijn eigen relatie met de natuur bleek van nostalgie en romantiek aan elkaar te hangen. Ik moest er weer aan denken bij het werk van de Zweedse kunstenaars Pär Strömberg en Magnus Monfeldt. In de schilderijen van Strömberg en de video-installaties van Monfeldt speelt het landschap een belangrijke rol. Maar niet zoals wij dat in Nederland kennen, kerkjes aan de horizon, een molen langs een dijkje, vader trekt zijn schaatsen aan. Het is een angstaanjagend natuurlandschap, meedogenloos en onverschillig. Het is, kortom, natuur zoals wij dat in Nederland al een tijdje niet meer kennen. Net als een jaar eerder werd ik me ervan bewust dat natuur in Nederland vaak niet meer dan een decor is waarin je de weg nooit zult kwijtraken en dat je niet bijten zal. In Zweden kan de natuur echter behoorlijk angstaanjagend zijn. Pär Strömberg benadrukt deze gewetenloze, gewelddadige aard door het landschap in zijn schilderijen getuige te maken van een misdaad (in een eerder werk schilderde hij al eens het natuurgebied waar de beruchte Zweedse seriemoordenaar Thomas Quick een Nederlands gezin ombracht). Met zijn penseel zoekt hij de omgeving af naar forensische sporen. Maar de bomen geven het geheim niet prijs. De seizoenen volgen elkaar op en herinneringen vervagen. De natuur is een onverschillige getuige. Je kunt haar alles vragen maar antwoord krijg je niet. Dat ervaart ook Magnus Monfeldt. De installatie van Monfeldt is een zeer specifieke reconstructie van een persoonlijk verleden gekenmerkt door drank en drugs. Een jeugdvriend van Monfeldt, Mad, werd slachtoffer van deze turbulente jaren. Hij zakte steeds verder weg in zijn verslaving aan alcohol en amfetaminen, vereenzaamde en maakte een einde aan zijn leven. Monfeldt en een aantal andere vrienden ontsnapten aan dit lot door het kleine stadje waar zij woonden te verlaten. De video ‘We have to talk about it’, is een poging van Monfeldt om met zijn weggemoffelde herinneringen in het reine te komen. Het verhaal speelt zich af in een woestijn.

Maar Monfeldt laat de toeschouwer al vroeg weten waar hij eigenlijk naar kijkt, "This isn’t the desert, you know. This is the dried up crust of my brain. It’s where we used to roam before the chemicals came and swept it all away…". Het dorre landschap is een spiegel van het schuldgevoel, de leegte en de eigen onmacht om iets aan de situatie te veranderen. We zien een andere jeugdvriend van Monfeldt, die ook deel uitmaakte van de groep rond Mad, door het bleke landschap lopen. Hij vraagt naar antwoorden maar krijgt ze niet. Er blijft niets anders over dan een kruis op te richten ter herdenking. Ook voor Monfeldt bestaat geen uitzondering, onverschillig laat de natuur de mens alleen met zijn gedachten. Ik bedenk me plotseling waarom ik vorig jaar de expositie Wild Gliders met zo’n dubbel gevoel verliet. Het beeld van de natuur dat daaruit naar voren kwam, met de mens aan de creatieve knoppen van de natuur, is nog een stuk angstaanjagender dan de kaalste woestijnen en de donkerste bossen in Zweden. Krijgen we toch een beetje van die enge natuur in Nederland.

ASK THE DUST, Magnus Monfeldt en Pär Strömberg, tm 5 mei

Stedelijk Museum Bureau Amsterdam, Rozenstraat 59, Amsterdam

WILD GLIDERS, 29 sep tm 10 nov 2001

Aschenbach en Hofland, Bilderdijkstraat 165 C, Amsterdam