Het Kunstgemaal: een white cube aan de IJssel

Marlise van der Jagt
Merel Jansen, FLORA & FAUNA, 2016

Door de grote ramen, met uitzicht over de brede uiterwaarden, in de verte de IJssel, valt prachtig licht in de tentoonstellingsruimtes van Het Kunstgemaal. De witte muren en kleine zalen lenen zich goed voor eenvoudige presentaties. Een kleine white cube aan de dijk. De bescheiden hedendaagse kunstinstelling, opgericht in 2013, toont in deze dubbeltentoonstelling werk van de vorig jaar overleden Franca Brunet de Rochebrune – van Lier en Merel Jansen. Twee kunstenaars, beiden afkomstig uit de regio, beiden werkend met textiel en draad. De één een nooit eerder geëxposeerde ‘volkskunstenares’, de ander een recentelijk afgestudeerde ArtEZ student. En daarmee heeft Joost Wolters oprichter, directeur en curator van Het Kunstgemaal, eveneens uit de regio afkomstig, zich op glad ijs begeven.

Van Lier, kleindochter van kunsthandelaar Carel van Lier, bracht in haar archaïsche wandtapijten, waarin zij patchwork met wollig borduurwerk combineerde, haar dagelijkse landelijke omgeving in beeld. De liefhebber waardeert ongetwijfeld het gebruik van de vele verschillende stukjes stof en andere materialen, de ruwe stiksels, de naïviteit van de taferelen, de abstracte kwaliteit van sommige details. De werken zijn overduidelijk met veel liefde tot stand gekomen. In hun soort echter niet uitzonderlijk of bijzonder inspirerend, wat oubollig zelfs.

Jansen maakt, van haar vrienden, familie en van haarzelf, geschilderde portretten op doeken die zij doorboort met draad. De eigenheid van haar waterverf-signatuur combineert ze met de onpersoonlijke lijn van een levendige, zacht vloeiende draad. De gelaagdheid en lichtheid van de portretten wordt versterkt door het gebruik van meerdere doeken over elkaar en door de werken midden in de ruimte te hangen. Zodat ze zowel recto als verso te bekijken zijn. We zien referenties aan Ingres, Vélasquez, Rembrandt; klassieke schilderkunst in ieder geval. De koppen zijn sereen, realistisch en bedachtzaam; triestig, als Fayoum-paneeltjes, de poses elegant en trots.

Voor de tentoonstelling werd Jansen gevraagd te reageren op de stukken van Van Lier. Ze ging dapper deze wat ongepaste confrontatie aan. Voor de portretten die zij speciaal voor deze presentatie maakte, bewerkte, verknipte en beschilderde ze een stapel oude lappen afkomstig uit het bejaardentehuis waar haar moeder werkt. Er is een portret dat zij over een klein wandtapijt van Van Lier heeft gehangen. Een prachtig stukje, op zelf geweven doek, getiteld Flora & Fauna (2016). Het tapijtje van Van Lier heeft ze voor de gelegenheid wel achterstevoren gehangen. Is dit mogelijk wat spottend bedoeld? Misschien niet. Inspiratie vond zij naar eigen zeggen minder in het werk maar des te meer in de vrouw die Van Lier volgens de overlevering was; elegant, excentriek, adellijk.

Recente tentoonstellingen als Threads. Textile in art & design in het Museum voor Moderne Kunst Arnhem (2014), Hand Made: lang leve het ambacht in Museum Boijmans van Beuningen (2013) of minder recent PRICKED! EXTREME EMBROIDERY (2007) in het Museum of Arts & Design in New York hebben reeds lang en breed bewezen dat het gebruik van textiel en draad zeer geëmancipeerde media zijn in de hedendaagse kunst, daar waar het in de jaren zeventig vooral nog als statement werd gebruikt door feministische kunstenaars om de positie van de vrouw aan de kaak te stellen. Gevestigde Nederlandse kunstenaars als Berend Strik of Michael Raedecker hebben laten zien dat borduren of stikken niet truttig hoeft te zijn. Het aantal interessante kunstenaars werkend met textiel, zowel nationaal als internationaal, is legio. Zou het dan ook niet interessanter geweest zijn om het werk van Jansen als jonge trots uit de regio in die context te tonen? Zeker ook omdat een van de doelstellingen van Het Kunstgemaal is hedendaagse kunst voor de regio te ontsluiten. Een dergelijke tentoonstelling had bovendien de internationale hedendaagse kunst scene wellicht wel kunnen bewegen tot een Gelderse excursie.

Het Kunstgemaal bezoeken is an sich een plezier, de omgeving is weelderig en Bronckhorst zelf is het summum van pittoresk. Prikkelender dan de schoonheid van het IJssellandschap is Verborgen verleden… Verborgen verlangen echter niet. Daarbij is de boodschap van de tentoonstelling dubieus. Wil Het Kunstgemaal het verschil tussen twee generaties vrouwen uit de regio tonen; de één belemmerd, niet eerder getoond, ondergewaardeerd, de ander vrijgevochten, geëmancipeerd, ambitieus, om daarmee iets te zeggen over de prachtige ontwikkeling van de positie van de vrouw in zijn algemeenheid en de vrouwelijke kunstenaar in het bijzonder? Of wil Wolters, verblind door nostalgische bewondering, volkskunst tot hogere kunst verheffen en Van Lier coûte que coûte zien als de ondergewaardeerde grande dame van de textielkunst en haar zelfs als voorbeeld laten dienen voor een jonge belofte als Jansen? Ook de begeleidende teksten laten de bezoeker hierover in het ongewisse.

Marlise van der Jagt is kunsthistoricus. Ze werkte als tentoonstellingsmaker in Parijs en schrijft over kunst.