Vaak wordt er binnen de kunstwereld gesproken over het gat waar jonge kunstenaars in terechtkomen nadat ze afstuderen. We kunnen ons alleen voorstellen hoeveel dieper dat gat moet zijn voor de laatste lichting. De eindpresentaties gingen online, en de beperkt toegankelijke afstudeertentoonstelling verschoof tot ergens in augustus of september. Na een wel erg gefragmenteerd afstuderen leiden ze gedwongen een onzichtbaar bestaan in hun ateliers.
Misschien is dat de reden dat er in de tentoonstelling ALL INN bij Het HEM in Zaandam, waarin het werk van 175 pas afgestudeerde kunstenaars te zien is, zoveel verwijzingen zijn naar binnenruimtes. De installatie THE APARTMENT (2020) van Fenna Koot is hier een mooi voorbeeld van. Met een paar metalen frames geeft ze de omtrek van een appartement op reële grote weer. Er staat een klein stukje muur van baksteen, maar die suggestie is voldoende. De meeste thuiswerkers kennen inmiddels hun huizen van binnen en buiten.
Meerdere werken in de tentoonstelling lijken op de een of andere manier te relateren aan de pandemie. In het werk How to Play (2020) van Celina Bermudez Vogensen – dat via een zelfbedacht bordspel reflecteert op het concept spelen – weerklinkt bijvoorbeeld de heropleving van gezelschapsspellen. De illegale feestjes zijn te herkennen in het werk Basement rats van Sachia Pereira-Stolle in de kelder van Het HEM, waar een paar grote rattenpoppen op de grond liggen met flesjes bier, terwijl er keiharde muziek dreunt. Maar de verwijzing is nooit direct. Wat de kunstwerken daardoor vooral zichtbaar maken is hoe verreikend de invloed van de pandemie is op allerlei aspecten van ons dagelijks bestaan.
Het werk Almost Touching (2020) van Wanda Tiersma maakt het afgelopen coronajaar invoelbaar door te refereren aan videoconferenties. Als kijker word je omhuld door een klinisch wit gordijn terwijl je op een computerscherm kijkt naar een animatie van twee rondjes die elkaar net niet raken. Het roept het gevoel op van isolatie, dat menig Zoomgebruiker het afgelopen jaar bekruipt.
Romy Berends’ Building Blocks of Nature (2020) verwijst naar een totaal ander aspect van het afgelopen jaar: complottheorieën. Haar werk bestaat uit twee foto’s die op de vloer tegen elkaar aan balanceren en zo twee hellingbanen vormen. Bij de een zien we een autosnelweg waarop te lezen staat: “ik weet het ook niet, misschien is de aarde toch wel plat”, en bij de ander zien we een berglandschap. Aan de ene kant ontkracht dit werk op zo’n simpele en humoristische wijze het waanzinnige idee dat de aarde plat zou zijn. Aan de andere kant weet het werk zijn gelaagdheid te bewaren door niet daadwerkelijk die discussie aan te gaan.
Een andere interessante tendens is het politiek geëngageerde werk van jonge kunstenaars, zoals het project elephant in the room (2020) van Rakshita Bhargava. In houtskooltekeningen en een videowerk portretteert ze vrouwen van Indiase afkomst en gaat daarmee in op stereotyperingen en vooroordelen. Engagement is ook te zien in On Whiteness (2020) van Megan Auður; in een videowerk en handgemaakt boek toont ze haar onderzoek naar witheid en wat het betekent om wit te zijn op zowel individueel als structureel niveau.
Dit zijn maar een paar van de ontwikkelingen die opvallen, want natuurlijk zijn er diverse andere kunstwerken te zien die raken aan een veelheid van onderwerpen. In de tentoonstelling ALL IN is namelijk niet de gebruikelijke selectie getoond van ‘de beste’ afstudeerwerken. Iedere kunstenaar die in 2020 aan een Nederlandse kunstacademie is afgestudeerd en zich tijdig heeft opgegeven, is in Het HEM te zien. Daarbij werd de mogelijkheid geboden aan de kunstenaars om mee te denken over de opzet van de tentoonstelling in samenwerking met de organisatoren Joke Hoeven en Rieke Vos. Tenslotte worden tijdens de looptijd van ALL INN ook nog eens praktische online workshops voor jonge kunstenaars georganiseerd.
Het is zeker geen gemakkelijke opgave geweest om een vorm te vinden om al die kunstwerken te tonen. Uiteindelijk is er gekozen om elke ruimte te relateren aan de stedelijke omgeving. Zo dragen hallen en zalen namen als Highway of Suburbs. Soms gaat de betekenis ervan een beetje verloren, maar de ruimtes hebben wel degelijk hun eigen sfeer. De Cisterns-zaal met het kletterende water, de geur van aarde en het groen van een paar kunstwerken is zeer sereen. En de kelder, een lange gang die fungeerde als schietbaan van de munitiefabriek die Het HEM ooit was, geeft je het gevoel van de Underground.
Ook al is de metafoor van de stad niet altijd even sterk, toch is de tentoonstelling er wel in geslaagd om de klassieke academische opstelling te doorbreken. Kunstenaars van allerlei academies en afdelingen staan dwars door elkaar heen, en dat versterkt het speelse en vrije karakter van hun werk. Maya Berkhof, wier werk Afwachtend water (2020) in de tentoonstelling te zien is, zegt dat ze daarmee geprobeerd hebben “het gevoel van eilandjes te doorbreken”. Ze is een van de pas afgestudeerden, die zich tevens heeft opgegeven voor het organiseren van de tentoonstelling. Ze vertelt dat het mede-organiseren van een tentoonstelling haar veel heeft gebracht in de vorm van samenwerking en warmte. Daarnaast heeft ze gezien wat het opzetten van een tentoonstelling behelst. “Bij zo’n grote productie plan je ver vooruit en je moet een lange adem hebben en constant gemotiveerd blijven om door te gaan.”
Voor ALL INN hebben de organisatoren die lange adem zeker nodig gehad. De tentoonstelling werd al sinds november uitgesteld. Nu is toch besloten hem te openen, zij het voor een select gezelschap – een nieuwe lichting afgestudeerde kunstenaars komt er alweer aan. Maar dat betekent niet dat de lichting 2020 ‘onzichtbaar’ zal blijven. De kunstenaars die aan deze tentoonstelling deelnemen hebben zich immers al ondernemend opgesteld. Ze zijn bezig om op een nieuwe manier hun netwerk op te bouwen en zijn daarmee goed op weg om het zogeheten ‘gat’ te dichten.