Bezige bijen

Agnes Winter
Ditte Knus Tønnesen en Amalie Bønnelycke Lunøe, ZONDER TITEL (2014) foto: Sietske Roorda

Tijdens een wandeling door de bloementuinen van het Amstelpark zie je er al een paar vliegen. Bijen fladderen van bloem naar bloem en brengen zo leven aan de flora van het park. De bijen zijn afkomstig van de installatie van het Kopenhaagse kunstenaarsinitiatief Green is Gold, die zij maakten voor de Kunstvlaai. In een perk achterin het park staat een bijenkast, waarin zo’n 10.000 bijen leven en werken. Een paar meter verderop ligt een 1:1 schaalmodel van een andere bijenkast, gegoten in cement, in losse onderdelen in een perk.

Door bijen te plaatsen in het park geeft Green is Gold gehoor aan de opdracht die ze meekregen van de curatoren Noor Mertens en Hendrik-Jan Hunneman, namelijk om de verticale ruimte van het park te benutten. Ze vullen deze ruimte letterlijk met bijen, die op een warme dag als een zwerm boven hun kast hangen.

Wat de kunstenaars achter Green is Gold, Ditte Knus Tønnesen en Amalie Bønnelykke Lunøe, interesseerde in bijen is de natuurlijke structuur van samenleven en werken die in de bijenkast plaatsvindt. Al eeuwenlang heeft de mens inspiratie gevonden in de manier waarop bijen hun gemeenschap vormgeven, zoals de koningen die vroeger hun legers ernaar ontwierpen. Daarnaast zien Tønnesen en Lunøe de bijen ook als een symbool voor hoe kunstenaars te werk gaan. In een hecht netwerk arbeiden kunstenaars ijverig aan hun eigen kunst, om daarmee bij te dragen aan een gezond en inspirerend kunstmilieu.

Daarnaast heeft het werk ook een onmiskenbare kritische laag, die ingaat op de milieuproblematiek. Het bestaan van de bijenpopulatie wordt immers ernstig bedreigd, door het gebruik van giftige bestrijdingsmiddelen. Het uitsterven van de bij zou catastrofale gevolgen hebben voor de bloemen en planten, die voor een groot deel afhankelijk zijn van de bestuiving door bijen. We hebben de bijen dus nodig, en zullen zorg moeten dragen voor deze kwetsbare en vergankelijke levensvorm. Deze vergankelijkheid lijkt gesymboliseerd in de tegenstelling tussen de ‘levende’ bijenkast en de uit elkaar gevallen cementen bijenkast. In tegenstelling tot de ‘levende’ bijenkast, die onderhouden en verzorgd moet worden, zou deze levenloze kast hier nog honderden jaren op eenzelfde wijze kunnen blijven liggen, als een monument van een lang vergaan volk.

De aandacht voor het milieu en de natuur lijkt ook weerspiegeld in de naam van het kunstinitiatief, Green is Gold. De naam is ontleend aan het gedicht Nothing Gold Can Stay van Robert Frost en staat als het ware symbool voor wat Green is Gold met hun initiatief voor ogen had. Ten tijde van hun oprichting in 2011 was de kunstscene in Kopenhagen naar eigen zeggen dood. Door de overheersing van grote musea en galeries en het gebrek aan kleinere, experimentele kunstruimtes, leek de ontwikkeling van nieuwe en grensverleggende kunst stil te staan. Green is Gold wilde een voedingsbodem zijn voor deze opkomende kunst en een gevoel van hoop en vooruitgang uitstralen. Ze beschrijven het veld van kunst(enaars)initiatieven, die inmiddels springlevend is in Kopenhagen, als de groene laag van de kunstwereld, waar nieuwe dingen tot bloei komen.

Met hun bijdrage aan de Kunstvlaai zorgt Green is Gold voor een subtiele interventie in het park, die toch meerdere lagen van interpretatie en betekenis in zich draagt. Met hun bijenkolonie brengen ze (letterlijk) leven en bedrijvigheid in het Amstelpark. In die zin symboliseert dit werk ook de grotere betekenis van de Kunstvlaai, waarbij kunstenaars het park nieuw leven inblazen.

Ditte Knus Tønnesen en Amalie Bønnelycke Lunøe, ZONDER TITEL (2014) foto: Sietske Roorda